andere woorden hoe gemakkelijk zou
kan deze vraag zich voordoen. Te den
ken is bijv. aan de plicht tot bewaren van
verzonden brieven. Zonder iemand van
vervalsing te willen beschuldigen, ben ik
er van overtuigd, dat iedereen het geval
meegemaakt heeft, dat op het te verzen
den origineel met pen een correctie
wordt aangebracht zonder dat zulks ook
op de kopie gebeurt. Ook in zo'n geval
zijn origineel en kopie niettemin niet
identiek.
ment, geen sanctie staat, zou iemand
daarom wellicht zelfs wel eens in de ver
leiding kunnen brengen het met deze
bepaling niet al te nauw te nemen. Ik ga
er echter van uit dat een bankier derge
lijke zwakke momenten niet kent. Niet
temin wijs ik er ten overvloede op, dat in
de fiscale wetgeving een inhoudelijk ge
lijkluidende bepaling bestaat. Daar
wordt niet-nakoming echter met forse
boetes gestraft.
Er is dus alle aanleiding om het artikel 6
van het Wetboek van Koophandel nog
eens kritisch te bezien. Zo mogelijk zou
dat moeten gebeuren in het licht van de
technische mogelijkheden die tegen
woordig beschikbaar zijn om archieven
in zeer klein formaat te bewaren. Met
niet aan het bepaalde in artikel 6 vol
daan kunnen worden indien in lid 3 zou
staan: 'Hij is gehouden boeken en be
scheiden, in origineel danwel op micro
film vastgelegd, te bewaren enz.'
Helaas echter moeten wij ons redden
met een tekst van meer dan honderd
jaar oud en toen kende men nog geen
microfilm.
Kern: het verleden
kunnen nagaan
Toch dient bedacht te worden, dat hierin
wellicht de sleutel voor een oplossing
ligt. Ik bedoel hier dit mee te zeggen: De
wetgever in de vorige eeuw stond een
bepaalde bedoeling voor ogen met deze
bepaling. Van oordeel zijnde, dat van on
dernemers bijzondere inspanningen ge
vraagd mochten worden, meende de
wetgever, dat het nuttig was, dat onder
bepaalde omstandigheden het bedrijfs-
gebeuren zo goed mogelijk gereconstru
eerd kon worden. In het met name gere
gelde geval van faillissement konden op
die manier de rechten en verplichtingen
worden vastgelegd, terwijl tevens kon
worden nagegaan of, en zo ja waar de
ondernemer in de fout was gegaan. De
mogelijkheid tot reconstructie zou ik
centraal willen stellen. Dit blijkt ook uit
het feit, dat kopieën van uitgaande brie
ven bewaard moeten worden. In ieder
geval blijkt alleen al hieruit zonder meer,
dat niet bedoeld is een bewijsrechtelijk
sluitend systeem te waarborgen. Op de
vraag, wat overigens de bewijskracht
van een boekhouding is zou ik nu niet
willen ingaan.
Op dit moment lijkt mij ten aanzien van
artikel 6 deze vraag beslissend: Is het ter
voldoening aan de bewaarplicht van dit
artikel - en overigens ook in de fiscale
wetten - voldoende de administratie op
microfilm vast te leggen? Ik zou deze
vraag in beginsel met ja willen beant
woorden. Het voornaamste motief heb
ik hiervoor al genoemd. De achterlig
gende grond van dit voorschrift is het
zeker stellen van de mogelijkheid tot re
constructie. Hoe zou dat beter kunnen
dan door microfilm, mits vaststaat, dat
microfilm en originele stukken met el
kaar identiek zijn. En hier zit natuurlijk de
kneep. Hoe is vast te stellen dat de ab
solute gelijkenis bestaat indien - even
tueel - het origineel niet meer bestaat.
Ter illustratie wil ik u het standaard
voorbeeld niet onthouden. Bij het filmen
viel een haar van de filmer op het papier
en werd dus meegefilmd. Op de filmko
pie bleek naderhand 'haarscherp' dat
een streep door de tekst stond. Hieruit
blijkt wel, dat het soms moeilijk kan zijn
aan te tonen, dat origineel en kopie
identiek zijn. De vraag rijst echter of een
100% sluitend systeem wel noodzake
lijk is. Immers ook in het oude systeem
Men zij gewaarschuwd
Het komt mij echter voor, dat een stre
ven naar absolute perfectie ook niet no
dig is. Voldoende lijkt mij, dat een sys
teem wordt ontworpen, dat in normale
gevallen bijv. niet indien er opzet tot
vervalsing is - een grote mate van ze
kerheid biedt, dat film en origineel over
eenstemmen. Zulks kan goeddeels wor
den bereikt door een speciale procedure
te ontwerpen en daarin veiligheden in te
bouwen. Hoe zo iets nu precies geregeld
zou moeten worden wil ik nu niet be
handelen. Wel wil ik in dit verband wij
zen op wettelijke regels in ons omrin
gende landen. West-Duitsland kent bijv.
in zijn Handelsgezetsbuch een bepaling,
die overeenstemt met ons artikel 6 van
het Wetboek van Koophandel. In West-
Duitsland is evenwel nieuw toegevoegd,
dat bewaren op microfilm is toegestaan,
mits bij het filmen een aantal - strenge
- voorschriften in acht worden geno
men. Ook in België staan soortgelijke
wettelijke regelingen op stapel. Vooral
deze ontwikkelingen in na-buurlanden
sterken mij in mijn opvatting, dat verde
digbaar is, dat aan de bewaarplicht van
artikel 6 van het Wetboek van Koophan
del is voldaan, indien de te bewaren
stukken op microfilm zijn vastgelegd,
mits bij het vervaardigen zodanige
maatregelen zijn genomen, dat een aan
vaardbare zekerheid bestaat dat film en
origineel overeenstemmen. Bedacht
dient echter te worden, dat dit stand
punt berust op interpretatie. Er is geen
zekerheid te geven, dat een rechter hier
over op gelijke wijze zal oordelen ook al
lijkt het aannemelijk. Een wettelijke re
geling zoals bijv. in West-Duitsland is
natuurlijk verre te verkiezen. Het komt
mij voor, dat een volksvertegenwoordi
ger, die hiertoe een initiatief zou willen
ontwikkelen, het gehele Nederlandse
bedrijfsleven zeer aan zich zou verplich
ten.
Ik wil ten slotte dit artikel niet besluiten
zonder een ernstige waarschuwing te la
ten laten horen aan het adres van diege
nen, die na lezing van het vorenstaande
zouden kunnen veronderstellen, dat zon
der bezwaar tot filmen van archiefstuk
ken kan worden overgegaan. Daarvoor
dient nog een groot aantal andere vra
gen beantwoord te worcfen. Als meest
belangrijke is te vermelden het bewijs
rechtelijke aspect van microfilmkopieën.
In een volgend artikel zal hier nog nader
op worden ingegaan. Dit is echter niet
het enige. Er zal bijv. nagegaan moeten
worden, wat de invloed zal zijn van de
toepassing van het z.g. COM-systeem,
dat inhoudt, dat de computer-output
niet meer geproduceerd wordt in de
vorm van papier maar als film. Dit in re
latie ook met het kostenaspect van mi
crofilmen. Bij alle mogelijke voordelen
van microfilmen dient namelijk niet uit
het oog te worden verloren, dat deze
vorm van archieveren bepaald ook niet
goedkoop is. Aan alle aspecten dient
aandacht te worden besteed. Binnen de
Centrale Bank wordt hieraan hard ge
werkt en het ligt dan ook in de lijn der
verwachting, dat binnen afzienbare tijd
nadere publikaties zullen volgen.