24
k<eet*y
reisbemiddeling.
worden, dat de situatie in de reiswereld
niet is verbeterd. Een van de oorzaken is
de stagnatie in de omzet, die zich sinds
1972 aftekent. Maar er zijn meerdere
oorzaken. Uit het structuuronderzoek, dat
overeenkomstig de richtlijnen van het
Ministerie van Economische Zaken
plaatsvond bleek, dat in 1972 ruim de
helft van de reisagenten reeds verlies
leed, terwijl onze organisatie in deze
periode nog geen 3 aandeel in de
markt had.
In dit licht bezien komt het vreemd over,
dat onze organisatie in publicaties her
haaldelijk als de zondebok wordt aan
gewezen voor de huidige problematiek
bij de reisbureaus.
De door de structuurcommissie aanbevo
len sanering was even noodzakelijk ge
weest, indien wij ons afzijdig hadden
gehouden van de reisbemiddeling. Moge
lijk zal onze deelname de sanering wel
versnellen, hetgeen in het belang van de
consument geacht kan worden.
In 1974 werd ons het volledige lidmaat
schap van de ANVR geweigerd. Het
huidige bestuur was de mening toege
daan dat een positieve opstelling zijner
zijds om ons als lid te aanvaarden, gezien
de emotionele benadering van vele le
den, het einde van de ANVR zou kunnen
betekenen.
Wij hadden ons daarbij neer te leggen.
Des te meer waarderen wij het artikel in
Elseviers Weekblad dd. 17 januari 1976
van de heer Van Zwijndregt, voorzitter
van de ANVR, waarin hij als zijn persoon
lijke mening te kennen geeft, dat de
reisbemiddeling door banken als een
realiteit dient te worden aanvaard en
waarin hij ervoor pleit een plaats voor de
banken in te ruimen. Dat dit artikel
reacties zou uitlokken van een aantal
leden stond reeds bij voorbaat vast.
Duidelijk is dat de Rabobankorganisatie
de ANVR niet nodig heeft. De ontwikke
ling van de laatste jaren heeft dit bewe
zen. Toch is de Centrale Rabobank in het
belang van de reisbranche nog steeds
bereid om tot een samenwerking binnen
de ANVR te komen. De deur staat nog
open om gezamenlijk aan tafel te gaan
zitten teneinde de problematiek tot een
oplossing te brengen. Bij de leden van de
ANVR ligt de verantwoordelijkheid te
bepalen of men de door ons uitgestrekte
hand tijdig wil aanvaarden.
Opleiding
Om op een zo verantwoord mogelijke
wijze de reisbemiddeling uit te kunnen
oefenen is een belangrijke plaats inge
ruimd voor de opleidingen. Naast de
baliecursus voor nieuwe personeels
leden wordt op de cursus kantoorbeheer
ten behoeve van bijkantoorhouders rui
me aandacht aan de reisbemiddeling
besteed.
De basiscursus reizen blijkt een succes
en de animo voor de applicatiecursussen
is zeer groot.
Daarnaast worden ook trainingen geor
ganiseerd in de motivatie en informatie
sfeer, terwijl de districtsreisadviseurs
van de Centrale Rabobanken zich in
toenemende mate bezighouden met
groepstrainingen.
Ook worden reismedewerkers van aan
gesloten banken incidenteel uitgenodigd
voor studiereizen.
De huidige ontwikkelingen geven ons alle
reden om op de ingeslagen weg te
blijven voortgaan.
0 7/.