in woorden en miljoenen 38 NASCHRIFT VAN DE REDACTIE den lijve" ondervinden. Deze laatsten wor den er in vele gevallen diep in hun denken en gevoelsleven door geraakt, vaak meer dan zij zich zelf aanvankelijk realiseren. vanaf de tribune Kringvergadering. Het was geen kreet, maar er sprak vertrouwen uit. Twijfelt de inzender echt aan wat door ons met „bij iedereen" bedoeld werd? Wij laten het bij deze vraag. Voor de rest, wij pretenderen helemaal niet alles duidelijk en onomstotelijk verklaard te hebben (wie kan dat wel?). Wij zien echter de woorden „vertrouwen" en „duidelijkheid" even graag in het vaan del van onze organisatie als de inzender. J. R. H. EIGEN KIJK Geachte redactie, Ons beperkend tot hetgeen drs. Van Tol in zijn artikel „De eigen kijk op zaken" in het december-nummer van „Rabobank" ten aanzien van fusies van plaatselijke ban ken heeft gesteld, willen wij de volgende opmerkingen maken. Zowel door de zelf bij een niet gemakkelijk fusie-proces opgedane ervaringen als door informatie en uitwisseling van gedachten met anderen rijst bij het lezen van een ar tikel als bovenvermeld de vraag, waarom in onze organisatie ondanks herhaalde aan drang van verschillende zijden, niet meer daadwerkelijk gerichte aandacht aan de door de heer Van Tol bedoelde voorwaar den voor samensmelting van sociale struc turen bij fusies is besteed. Zoals in het ar tikel reeds is opgemerkt zijn daarvoor heus wel voldoende redenen aanwezig. Wij zijn van mening dat de gedragslijn (of moeten wij schrijven politiek of tactiek) van Centrale Bank-zijde bij fusie-advisering veelal bepaald is c.q. wordt door de wens fusie-successen te behalen. Welke conse quenties dit tengevolge kan hebben blijkt later wel. Er is bij de formele fusie-onder- handelingen soms een andere houding waar te nemen dan in persoonlijke gesprek ken. Dit achten wij een bedenkelijke zaak. Indien men er in slaagt fusies tot stand te brengen zonder dat er sprake is van een harmonische besluitvorming over essen tiële fusievoorwaarden, ontstaan vaak si tuaties als door de heer Van Tol in het laatste deel van zijn artikel zijn vermeld of - erger nog - komen er brokken van. Het is niet zo moeilijk voorbeelden hiervan te geven bij een aantal gedurende de afgelo pen jaren gerealiseerde fusies. Ter voorkoming van misverstand willen wij opmerken, dat wij ons vanzelfsprekend be wust zijn van het feit, dat het niet in alle gevallen mogelijk is een bevredigende op lossing voor alle problemen, welke zich bij fusies voordoen, te creëren. Wij zijn even wel van mening dat zowel in de theorie als in de praktijk voldoende aanwijzingen zijn te vinden op welke wijze in sociaal opzicht betere resultaten kunnen worden bereikt dan thans nogal eens het geval is. Indien het artikel van de heer Van Tol er toe zou kunnen leiden, dat een meer syste matische aanpak van de door hem gesig naleerde problematiek tot stand komt, zou dit tevens de evenwichtigheid tussen de o.i. uitstekende arbeidsvoorwaarden in on ze organisatie, d.w.z. het materiële sociale beleid en het op het zo optimaal mogelijk functioneren van de medewerkers der bij fusies betrokken Rabobanken gerichte be leid, d.w.z. het immateriële sociale beleid, in belangrijke mate bevorderen. Hierdoor zou zowel de arbeidsmotivatie als het rechtvaardigheidsgevoel of - zo men liever wil - de innerlijke rust bij een groot aantal functionarissen van aangesloten banken worden vergroot. Emmeloord, 3 februari 1976. E. v. d. Linde N. Conijn De beide inzenders leggen terecht grote nadruk op de „immateriële sociale kant". Degenen, die in een fusie adviseren, zijn natuurlijk nooit zo persoonlijk bij de fusie betrokken, als degenen, die de fusie „aan Naar buiten, ook t.o. de adviseurs, blijkt dat echter niet altijd (men loopt er niet mee te koop). Als dan voornamelijk de formele kant van de fusie aan de orde komt, kan dat tot een soort kortsluiting leiden. Een goed persoonlijk gesprek kan in zo'n situatie de lucht doen opklaren, maar het is vaak niet eenvoudig tot zo'n gesprek te komen. Ver moedelijk gaat dit ook niet iedereen even gemakkelijk af. Uit de vanzelfsprekend meer afstandelijke benadering van de ad viseurs mag men echter niet concluderen, dat deze volgens een bepaalde tactiek al leen maar fusiesuccessen willen behalen. De afstand moet van twee kanten overbrugd worden, wil men de gewenste innerlijke rust bij een fusie bereiken. De Centrale Bank is zich terdege bewust, dat de sociale aspecten meer gerichte aan dacht moeten krijgen. Het is daarom, dat voor het werkgebied Aangesloten Banken onder meer een psycholoog is aangetrok ken, op wie men eventueel een beroep kan doen. De aan onze aangesloten banken toe vertrouwde middelen vertoonden in de afgelopen maand januari een sterke toeneming. Met name de saldi op privé-rekeningen en de tegoeden op depositorekeningen namen aanzienlijk meer toe dan was verwacht. Bij de uitzettingen bleef de groei van de debetsaldi in rekening-courant enigszins achter, maar daar staat, me de als gevolg van de concurrerende tariefstelling een sterke groei van de uitstaande leningen tegenover. Door bovenstaande ontwikkelingen, in samenhang met een normaal te achten stijging van het rekening-courant-te goed van de gezamenlijke aangesloten banken bij de Centrale Bank, onder ging de collectieve liquiditeitspositie ten opzichte van de interne regelingen een verdere verruiming.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1976 | | pagina 38