35
schoolsparen
tot ongerustheid gaf. De bank in Mechelen
Oud Mechelen: Hoeve de Plei (boven) en
het Panhuis (onder). Het Panhuis is thans
een pension.
In 1907 werd een schoolspaarbank opge
richt want „Evenals met alle deugden is het
ook met de spaarzaamheid. Met de beoefe
ning daarvan kan nooit te vroeg begonnen
worden". En is het geen „kwaal van den
tegenwoordigen tijd dat de jongeren niet
hebben leeren sparen"? En heeft voorzitter
ongelijk wanneer hij zegt dat „Veel geld
wordt dikwijls verdiend door aankomende
jongelingen en opwassende jonge doch
ters" en dat sparen er „nauwelijks bij" is?
(N.B. Dat werd niet nu, maar 70 jaar geleden
gezegd).
Uit de volgende geruststellende woorden
van de voorzitter mag men zijn eigen ge
volgtrekkingen maken: „Ofschoon onze
bank in bloei vooruitgaat, zoodat de leden
zich niet ongerust behoeven te maken over
hare opheffing, behoort deze echter niet tot
de onmogelijkheden. Gauw zal dat niet ge
beuren. Tegen aanvallen is zij bestand. De
giftige pijlen op haar afgeschoten zullen
haar niets doen".
Uit het verslag van 1908 kan men conclude
ren dat er een of andere geldcrisis is ge
weest die de bank echter nauwelijks heeft
beroerd want: „Moge de een of ander zich
ook bang hebben gemaakt, nóch op onze
Leenbank, nóch op de Centrale had de
heerschende geldcrisis, die machtige geld-
koningen van hun troon deed tuimelen eeni-
gen invloed". Dat was niet te danken aan
de activiteit van de geachte „Leeden" want
die wilden niet afgevaardigd worden naar
„Eindhoven" doch liever thuis kermis hou
den of naar de wedstrijd te Heerlen gaan
om er getuige te zijn van den strijd die onze
wakkere Harmonie zal te strijden hebben.
Ook deze uitvluchten worden ondervangen
want de algemene vergadering zal dan
voortaan in mei worden gehouden, zodat
men tóch ter kermis kan gaan en daarom
gaf de eerwaarde heer adviseur zich op
de algemene vergadering van 1912 zélf een
pluim op de ronde? hoed omdat hij
daarvoor de kermis te Eis had verzuimd. (U
hoort het gegrinnik na die mededeling?)
Het jaar 1914 waarin de eerste wereldoorlog
uitbrak gaf aanvankelijk een run op de ban
ken te zien die echter onder leiding van de
Centrale Bank in goede banen werd geleid.
Uiteraard had men in deze omgeving heel
wat te stellen met de hoeveelheden Duits
geld waarvan de koers herhaaldelijk reden
heeft soms verliezen gedragen om de onge
rustheid onder de leden niet te vergroten,
maar ook om die leden financiële stroppen
te besparen. Ongetwijfeld hebben zuster-
banken dezelfde houding aangenomen en
ook daardoor het Raiffeisenideaal hoog ge
houden.
Deze instelling blijkt ook uit de tegemoet
koming jegens een weduwe die een hypo
thecair voorschot van 400,had af te
lossen.
Omdat haar kinderen nog klein zijn en zij
een oppassende vrouw is mag dat aldus
gebeuren: 5 jaren ad 6,5 jaren ad
15,5 jaren ad 24,en 5 jaren ad
35,—.
Toen dan ook nog in juli 1918 vlak voor het
eind van de oorlog door de Centrale Bank
een Stichting Crisisfonds in het leven werd
geroepen, vond ieder lid dat men daaraan
steun moest geven en dus kon de voor
zitter kort daarop zeggen:
„blijve dan hij getrouw aan het beginsel van
naastenliefde om van den zegen, dien de
Hemelsche Vader hem schonk ook gaarne
iets mede te deelen aan hem die qebrek
lijdt".
Maar ook zei de eerwaarde Adviseur „Aan
politiek doet de Boerenleenbank niet.
Iedere vereeniging die zich op politiek ter
rein begeeft graaft haar eigen graf". Een
waar woord behalve voor politieke vereni
gingen.
In 1926 dus ettelijke jaren later toen de
oorlogsnarigheid was vergeten was de
Adviseur niet zo erg tevreden over het ver-
gaderingsbezoek en beweerde: „Met alle
respect voor de goede eigenschappen van
den boer; een organisatieman, een verga
derman is hij niet. Een tweede wereldoorlog
zou haast noodig zijn om de boeren als één
man samen te doen houden en voor hunne
belangen op te komen" waarmee bewezen
is dat zelfs een eerwaarde adviseur soms
niet precies weet wat hij zeggen en wensen
mag! Die tweede oorlog kwam tóch wel.
Een van de herinneringen daaraan is te
vinden in Margraten, waar een enorm oor
logskerkhof getuigt van de onvoorstelbare
ramp die de wereld van 1939 tot 1945 trof.
Tb