van groningen via brussel naar utrecht 16 gesprek met de heer b. heringa, lid van de raad van beheer Ons gesprek begon, zoals we ons dal voorgesteld hadden. Toen we op een van de mistigste novemberdagen 's morgens bij Huize „Zorgvlied" te Schuddebeurs op Schouwen-Duiveland arriveerden, waren we nauwelijks door de heer en mevrouw Heringa en door hun twee opgewonden blaffende - maar achteraf zeer zachtaardig blijkende - kolossale Deense doggen zeer hartelijk verwelkomd, of de heer Heringa stelde voor om meteen eerst maar even ons karweitje af te werken. Even later zaten we al met hem in zijn studeerkamer. Die aanpak strookte met onze opzet. We wilden alleen maar ons jongste lid van de Raad van Beheer enigszins bij onze lezers introduceren. Een pasfoto maken, niet een echt portret. Nu we die pasfoto gaan vertonen, bevredigt ze ons toch niet helemaal. Want al pratende, eerst bij de koffie in de studeerkamer, waar je als vanzelf je oog langs de boekenkasten laat glijden, later gezeten om de open haard en aan de lunchtafel en nog weer later wandelend over de drie hectare tuin, weide en bos van Zorgvlied, komen tal van andere dingen ter sprake, waarvan je voelt dat ze wezenlijk bij de heer Heringa horen. Ons gesprek krijgt als vanzelf een andere dimensie en als we daarvan hier maar weinig doorgeven, komt dat omdat we ons aan de „pasfoto" opzet willen houden en ook omdat de heer Heringa, een Groninger, naar ons gevoel een man is, die heus wel voor zijn persoonlijke overtuiging wil uitkomen, maar daar toch niet mee te koop wil lopen. Hij is één van die mensen, die gewoonlijk een nuchter en zakelijk oordeel geven, maar dat steeds trachten te doen in overeenstemming met hun uitgesproken levensovertuiging. Voor de heer Heringa is die laatste duidelijk zijn christelijke levensovertuiging. Ons verhaal blijft echter, ook overeenkomstig de wens van de heer Heringa, in wezen een pasfoto, al zullen daarop wel enkele karakteristieke trekken te onderscheiden zijn.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1976 | | pagina 18