giraal effectenverkeer 22 vóór 1960 centrum voor fondsen administratie, het cf-stuk In twee voorgaande artikelen (de nrs. 3 en 4 1975 van Rabobank) heeft mevr. mr. M. J. A. Schlösser-Laval enkele consequenties belicht van de invoering van giraal effectenverkeer. Daarbij besteedde zij met name aandacht aan de rechtspositie van de effecteneigenaar onder de huidige wetgeving, resp. aan zijn rechtspositie onder te verwachten wetgeving bij giraal effectenverkeer. Aan de vooravond van een zó ingrijpende wijziging in het bewaar- en verkeerssysteem van effecten als de onderhavige lijkt het juist, nu de juridische aspecten zijn belicht, de aan dacht te richten op de praktische consequenties voor cliënt, beurslid en beurs. Daartoe geven wij eerst een indruk van het huidige beursgebeuren in samenhang met effecten- clearing, CF-administratie en ruildepots; daarna geven wij aan aan waar de invoering van bredewold giraal effectenverkeer deze structuur zal beïnvloeden. In die dagen speelde zich ter beurze onge veer hetzelfde af als heden ten dage. Er is echter een belangrijk verschil in de afwer king van de gedane affaires. Vroeger moest elke individuele affaire ter beurze qua leve ring van stukken en qua betaling worden afgewikkeld tussen de beide partijen welke ter beurze de transactie waren aangegaan. Dit hield in dat bank A soms aan tien tegen partijen stukken Philips moest uitleveren en van vier andere beurspartijen wellicht stuk ken Philips te vorderen had. Een leger van 50 tot 100 „lopers" was elke dag opnieuw druk in de weer om al deze effecten naar de tegenpartijen van hun werkgever over te brengen: zonder betaling of tegen contante of girale betaling. Usance in die tijd was en is nog steeds: vóór 11.30 uur leveren houdt in: dezelfde dag betaald worden. Na 11.30 uur geleverd betekent dat pas de volgende dag betaald wordt. In het begin der jaren '60 deden zich enkele belangrijke ontwikkelingen voor. Om het tijd- en kostenverslindende knippen van dividendbewijzen en coupons te vermin deren werd het Centrum voor Fondsenadmi nistratie opgericht (verder genoemd: het CF). Alle beursleden werden daarin deel nemer. Tot op heden incasseerde een bank of commissionair voor zijn cliënten dividend en couponbedragen van klassieke stukken (in de praktijk genoemd K-stukken) door deze bewijzen te knippen en ze aan te bie den bij het betaalkantoor. Op grond van de eigen administratie van de bank worden tevens de cliënten van de bank gecrediteerd voor de hen toekomende opbrengsten. Bij CF-stukken gaat dit anders. Elk stuk dat de Centrale Rabobank ontvangt in CF-vorm, hetzij uit levering door de effectenclearing hetzij door zending van een collega-bank, hetzij uit toewijzing bij emissie, wordt bijge schreven oftewel gecrediteerd in de CF- rekening van de Rabobank bij het Centrum voor Fondsenadministratie. Deze instelling, verder te noemen het CF, administreert per deelnemer per fonds (in de kleinste coupure) het tegoed van die deelnemer. Het tegoed dat de Centrale Rabobank bij het CF heeft in een bepaald fonds corres pondeert met het totale aantal CF-stukken dat zij volgens haar cliëntenadministratie bewaart voor haar cliënten. Zendt onze instelling CF-stukken naar een andere deelnemer in het CF, dan wordt een kopie van het begeleidende advies toege zonden aan het CF te Amsterdam waar het dient tot het debiteren van de CF-rekening van de Centrale Rabobank en het crediteren van de geadresseerde. Beide partijen hou den vanzelfsprekend controle op de juiste boekingen door het CF. Bij de dividendbetaalbaarstelling laat het CF de uitgevende instelling (b.v. Philips) weten hoeveel maal het basis-dividend bedrag ex 25% dividendbelasting moet worden overgemaakt op de rekening van het CF bij De Nederlandsche Bank vóór de volgende morgen 11.30 uur. Deze opgave verstrekt het CF aan het einde van de laatste dag waarop cum dividend mutaties in het tegoed van de deelnemers bij het CF zijn verricht. Tevens draagt het CF zorg dat De Neder landsche Bank van tevoren een specificatie heeft ontvangen volgens welke het ontvan gen bedrag moet worden gecrediteerd op de geldrekeningen van de deelnemers in het CF. Op de betaalbaarstellingsdag loopt dan ook de creditering door de uitgevende instelling van de rekening van het CF direct weg tegen de debiteringen van dezelfde CF-rekening bij De Nederlandsche Bank ten gunste van de CF-deelnemers. Wordt een stockdividend van een CF-fonds gedeclareerd, dan wordt daarvoor tijdelijk een nieuwe CF-code (stock-rekening) ge creëerd waarop tegoeden in stockdividen-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1975 | | pagina 24