14
minimum-inkomen
continuïteit
rijksbegroting landbouw
men worden. Welke marktprijs wordt genomen en welke
correcties er eventueel op worden aangebracht zijn door
slaggevend voor de invloed op de onteigeningswaarde wel
ke eventueel wordt ingevoerd. Daarover is nog niets be
kend.
Minister Van der Stee plaatst zijn landbouwbeleid, zoals
dat in zijn Memorie van Toelichting wordt gepresenteerd,
in het kader van het algemeen beleid ten aanzien van de
zelfstandigen. Behalve de reeds genoemde fiscale en so
ciale maatregelen, legt hij daarbij ook de nadruk op de
betekenis die het gegarandeerd minimum-inkomen voor de
land- en tuinbouw kan hebben.
De landbouworganisaties hebben in augustus en septem
ber een discussie aan het minimum-inkomen gewijd. Er
wordt daar zwaar aan getild omdat er een principiële om
buiging van het beleid in wordt gevoeld. De positie van de
agrariërs als zelfstandigen is daarbij in het geding en ook
de verbetering van de structuur kan er door worden ver
traagd. Aan de andere kant is er het nuchtere geluid van de
voorzitter van de ABTB, de heer Oomen, die in het KNBTB-
bestuur zei: „Als wij als landbouw met 6 pet van de be
roepsbevolking „zo dapper" zouden zijn om dit af te wij
zen, dan zouden wij een geweldige verantwoordelijkheid
voor onze eigen stand binnen de welvaartssamenleving op
ons nemen!" (Boer en Tuinder dd. 4 september 1975).
Uit de inkomstencijfers in de Memorie van Toelichting
blijkt, dat de inkomenscijfers over 1974/1975 weer bijge
steld moeten worden. De beloning van de produktiefacto-
ren arbeid, grond en kapitaal maakt niet 64% maar 62%
van de berekende kosten uit. Er worden in de Memorie
nog geen inkomenscijfers gegeven welke voor 1975/1976
worden verwacht. Deze cijfers komen eind september en
dan wordt overeenkomstig de uitspraak van de Tweede
Kamer nagegaan of er voor sommige sectoren zogenaamde
aanvullende maatregelen nodig zijn.
De landbouwbegroting toont over het algemeen een beeld
van continuïteit van beleid. Dit beleid wordt voor wat de
structurele maatregelen betreft voorbereid in overlegorga
nen van de overheid en het bedrijfsleven en worden dan ter
goedkeuring aan Brussel voorgelegd. Wel valt op dat de to
tale uitgaven voor landbouw slechts met 8,7 stijgen en af
gewacht moet worden of hierdoor de ruimte van het beleid
sterk wordt beperkt.
De Minister van Landbouw kondigt nog geen concrete
maatregelen aan voor de jonge agrariër. Hij wil eerst af
wachten wat de georganiseerde landbouw vindt van het
rapport van een commissie van het Landbouwschap over
dit onderwerp. Wel laat hij de voorstellen uit het rapport
voor de grondfinanciering bestuderen door de Grondbank
waaraan hij overigens in het algemeen een ruimere rol
schijnt te willen toekennen.
De Tweede Kamer is van plan dit jaar reeds in oktober de
landbouwbegroting aan de orde te stellen. Dit is ongebrui
kelijk vroeg. De oorzaak daarvan ligt bij de eventuele aan
vullende maatregelen waarvoor de Tweede Kamer zich
voor de vakantie heeft uitgesproken. Hierdoor kan de be
handeling in de volksvertegenwoordiging dit jaar een bij
zonder karakter krijgen.
Wonderlijke wereld waarin we leven. Een klein schrijvertje
heeft nooit moeite met het vinden van een onderwerpje
voor zijn kolommetje. Integendeel, hij moet voortdurend
tegen zichzelf zeggen, dat hij zich maar moet bepalen
tot de kleine dingen binnen het eigen zo beperkte gezichts
veld en de rest maar moet overlaten aan echte schrijvers.
Dus laat ik opgelucht de inflatie, de crisis, de OPEC-landen
en al die werkelijk belangrijke zaken achter me en ga over
tot de orde van mijn eigen dag.
Neem nou dit bijvoorbeeld.
Lees ik in het sociaal jaarverslag van onze centrale bank
in een statistiekje, dat er vele vrouwen daar de bank ver
laten voor het vervullen van haar militaire dienstplicht.
Kijk ik verder dan zie ik hoe bij de mannen het aantal dat
op eigen verzoek wordt ontslagen wegens zwangerschap
van jaar tot jaar toeneemt. U hebt dat natuurlijk ook gele
zen en ze zullen er al wel heel wat over hebben moeten
aanhoren bij de centrale bank. Ik heb ook wel moeten grin
niken, maar niet te hard, want wellicht ligt achter deze
kolom ook het zetduiveltje op de loer, klaar om mijn tekstje
de vernieling in te zenden. Daar ging het ook niet om, maar
wel om het feit, dat ik enkele minuten later in mijn ochtend
blad lees, dat dezelfde centrale bank aan enkele tientallen
personeelsleden te veel kinderbijslag heeft uitbetaald.
Kijk en dan ga je natuurlijk een verband zoeken en je een
en ander afvragen! Ach, ik zal er geen hele kolom aan wij
den, maar zot was het wel.
En in dit blad las ik van HARmina 27, die uit een porte
feuille enkele duizenden guldens wist te grazen en daarom
met spoed een maagoperatie moest ondergaan. Een saluut
breng ik vanaf deze plaats aan mijn dappere collega, die
als getuige de operatie moest bijwonen en niet van zijn
stokje is gegaan. Bovendien had hij nog het voorrecht de
plastic zak met half verteerde bankbiljetten mee naar huis
te mogen nemen. Ik denk dat het gezegde pecunia non olet,
geld stinkt niet, daar die nacht in zijn kluis niet is opge
gaan.
Over kluis gesproken. Mijn meegevoel gaat uit naar die
andere collega, die per ongeluk het tijdslot enkele uren
te ver had ingesteld en daardoor zijn klantjes 's maandags
morgens enkele uren moest laten wachten. Goed, het was
nooit eerder gebeurd en zal voorlopig wel niet meer voor
komen. Maar het zweet staat je als kassier, of zo u wilt
directeur, toch maar in de handen. Want het kan jou en
mij ook overkomen.
Zulke berichten halen de kranten wel. Evenals - onont
koombaar als de berichten over het eerste kievitsei - de
kranteverslagen zullen komen over de mensen, die het bij
de eerste najaarsstormen zo koud kregen, dat ze de kachel
eens fijn aanstaken. Maar uiteraard vergaten om pa's por
tefeuille of ma's wollen kous met spaarcentjes uit de oven
of de asla te halen. Altijd goed voor een menselijk ver
haaltje. De opperwachtmeester wordt erbij gehaald en ook
de directeur van de plaatselijke bank. De laatste mag dan
contact opnemen met De Nederlandsche Bank, waar de
specialisten zich weer met eindeloos geduld over de half
vergane resten van het appeltje voor de dorst zullen bui
gen. Het vervolg op zo'n verhaal hoor je nooit.
Zouden die mensen daarna echt wijzer zijn geworden en
hun geld naar de bank hebben gebracht. Ik weet het niet.
Wel weet ik, dat die berichten straks zullen komen, onver
mijdelijk als de herfst zelf.
Cas Sier