23 structurele problemen DE KONDRATIEFF-CYCLUS muleringsprogramma dat niet in een inter nationaal verband wordt gerealiseerd, wel voldoende effectief is in haar uitwerking.*) Bij de beoordeling van de conjunctuuraan- pak door de regering, wordt volgens mij echter vaak te weinig rekening gehouden met de structurele ontwikkeling. In tegen stelling tot de conjuncturele blijkt de struc turele ontwikkeling uit de groei van de pro- duktiecapaciteit. De huidige tijd van laag conjunctuur en werkloosheid zien som mige mensen wel eens als een herhaling van de economische situatie in de dertiger jaren. Deze vergelijking is niet zo vreemd, wanneer we de door N. D. Kondratieff op gestelde golfbeweging in de structurele economische ontwikkeling bezien: Uit deze grafische voorstelling blijkt dat perioden van snelle en trage groei elkaar in het verleden beurtelings afwisselden. Weliswaar stelde Kondratieff deze golf beweging al in 1926 op, maar tot op heden blijkt hij vrij goed met de werkelijkheid in overeensemming te zijn. Steeds blijkt dat na een periode van nieuwe vindingen en daarmee een aanpassing van de produktie- capaciteit, de economie sterk aantrekt om vervolgens weer diep te zakken. De ople vingen werden in de jaren 18501870 ge- entameerd door de industriële revolutie en in de periode 19001920 door de uitvinding van de benzine-auto. De jaren na de 2e Wereldoorlog kenmerkten zich door een groots herstel van de industriële capaciteit met kapitaalintensieve produktiemethoden. Alhoewel de grafiek de komende jaren een dalend verloop geeft te zien, wil dit niet Nederlandse economie heeft geholpen. Be studering van onder andere de Kondratieff- cyclus leert dat de gezamenlijke regeringen tot structurele maatregelen moeten komen. Een eerste aanzet is al genomen door de regeringsleiders van de voornaamste West- europese landen. Hun besluit om de natio nale conjunctuurimpulsen in onderling overleg tot een internationale aangelegen heid te willen maken, opent perspectieven. De volgende stap zou kunnen worden ge vormd door het nemen van gezamenlijke structurele maatregelen. Projecten die hiervoor internationaal in aanmerking ko men zijn bijvoorbeeld de ontwikkeling van de ruimtevaart en van nieuwe energievor men. 100-- 80- 60 40-- 30- 20-- 1975 1860 1900 1920 1940 1960 1980 2000 Bron: The Media General Financial Weekly, augustus 1972 In deze grafiek staan op de horizontale as de jaren aangegeven. Verticaal is het in dexcijfer van produktie- en prijsontwikke ling (gecorrigeerd voor inflatie) getekend op een logaritmische as. Zie ook dr. A. J. Verhage: Fundamentele aanpak vereist. Rabobank 1975, nummer 2. zeggen dat dit ook per se zo zal zijn. Ge zien het in de loop der tijden verbeterde economische instrumentarium, moet de ontwikkeling kunnen worden omgebogen. Wil de overheid de huidige recessie te lijf gaan, dan zal er een goede structuurpoli tiek moeten worden gevoerd, welke boven dien een internationaal karakter zal moeten hebben. Kijken we alleen naar de door de overheid geëntameerde conjuncturele be stedingsimpulsen van eind vorig jaar, dan is het maar de vraag in hoeverre dit de

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1975 | | pagina 25