de ontwikkelingen
in de glastuinbouw
34
ing. a. m. a. heijbroek
aararische kronisk Het is a'9emeen bekend dat de glastuinbouw na de energiecrisis een gevoelige
opbrengstontwikkeling
kostenontwikkeling,
de energieprijzen
y klap heeft gekregen. Door de sterke stijging van de kosten waarvoor geen vol
doende compensatie mogelijk is, dreigt de inkomensvorming van de onder
nemer in gevaar te komen. Hierbij spelen de jaarlijkse verhogingen van de
energieprijzen een belangrijke rol.
In onderstaand artikel zullen enkele aspecten omtrent de recente ontwikke
lingen nader worden bekeken.
Foto H. C. van Doorn
De laatste jaren hebben slechts een be
perkte geldelijke opbrengstverbetering in
de glastuinbouw te zien gegeven; deze be
droeg gemiddeld 10%. Hiervan moet 4-
5 worden toegeschreven aan produkti-
viteitsverbetering, zodat de gemiddelde
prijsstijgingen slechts enkele procenten
bedroegen. Vooral de grote produkten zo
als komkommers en tomaten kenden nau
welijks prijsstijgingen.
Wat onze concurrentiepositie betreft blijkt
deze weinig te zijn veranderd, hoewel voor
enkele produkten de concurrentie op de
Duitse markt groeit. Speciaal de produkten
van de voorjaarsteelten hebben vaak te
maken met goedkope importen uit landen
rond de Middellandse Zee. Het klimatolo
gische voordeel van deze landen is door
de recente stijging van de energiekosten in
ons land belangrijk toegenomen. De trans
portkosten van de produkten uit deze lan
den naar de Westduitse markt zijn echter
ook gestegen. De gevolgen van deze si
tuatie voor de Nederlandse glastuinbouw
zullen in belangrijke mate afhangen van
het beleid dat in EEG-verband zal worden
gevoerd ten opzichte van de importen uit
derde landen. We moeten erop bedacht
zijn dat onze produkten (te) duur gaan
worden omdat onze gulden steeds duurder
wordt ten opzichte van de devaluerende
lire, Franse franc en pond sterling, zodat
onze positie kan worden aangetast.
De EEG-interventieprijzen gaan onder an
dere voor Italië steeds meer in de richting
van de kostprijs, hetgeen ongewenste teelt
uitbreiding tot gevolg kan hebben.
De exportmarkt van de groenten vertoont
duidelijk verzadigingsverschijnselen. Mede
hierdoor ziet het er voorlopig niet naar uit
dat het evenwicht tussen vraag en aanbod
zal worden hersteld, zodat er nog wel en
kele jaren een zodanig aanbod zal zijn,
dat een structurele verhoging van de te-
lersprijzen voorlopig niet verwacht wordt.
Waarschijnlijk zullen de opbrengststijgin
gen de komende periode de 10% niet
overschrijden.
Mogelijk zal er enige ruimte ontstaan in de
groentesector door een verdergaande om
schakeling van groenteteelt op bloemen
teelt en verschuivingen in het pakket pro
dukten. Zo is er een steeds grotere belang
stelling voor bijvoorbeeld aubergines en
koolrabi. Het effect hiervan zal echter be
perkt zijn; 10% aanbodvermindering van
tomaten bijvoorbeeld wordt in twee jaar
ingehaald door de jaarlijkse produktiviteits-
stijgingen terwijl het toch om een areaal
van 260 ha. gaat; bijna net zo groot als het
huidige areaal van de augurken.
Ook in de bloemensector wordt de con
currentie steeds groter, doch de markt lijkt
hier nog niet verzadigd te zijn.
Vooral sinds de energiecrisis zijn de kos
ten zeer sterk gestegen. In de groente
teelt liggen de stijgingen in de buurt van
de 20%; bij de bloemen 17% per jaar.
De kostenstijgingen zijn voor de oliesto-
kende bedrijven nog groter geweest; de
olieprijzen zijn in twee jaar tijd verdubbeld.
De prijsstijgingen sinds 1972 zijn: olie
100%, verpakkingskosten 200%, gas
45 arbeid 31 duurzame produktie-
middelen 27%, overige kosten 25%. In
het kostenpakket neemt energie een steeds
grotere plaats in; bij de oliestokende glas
groentebedrijven 30% (arbeid 27%), bij
de glasbloemen 19% respectievelijk 30%.
De energiekosten spelen bij de glasteel
ten een zeer belangrijke rol, doch ook de
overige kostenfactoren zijn sterk in prijs
gestegen en hebben grote invloed. Bij het
zoeken naar kostenbesparende maatrege
len zal zeker ook de factor arbeid blij
vend grote aandacht vragen.
Tot op dit ogenblik hebben bedrijven die
op gas stookten een belangrijk prijsvoor
deel gehad ten aanzien van de oliestoken
de bedrijven. Onlangs heeft de Europese
Commissie echter beslist, dat de energie-