algemene
vergadering
24
eerste plicht: eigen
continuïteit veilig stellen
rede dr. a. j. verhage,
voorzitter van de
hoofddirectie, voor de
algemene vergadering
de gang van zaken
heden door het gedaalde kapitaalrende
ment.
De structurele verzwakking die daarvan het
gevolg is, laat zich echter op de lange duur
niet met een gegarandeerd krediet verbe
teren. De functie van een vermogensver-
sterkingskrediet is immers meer geschikt
voor bijvoorbeeld het overbruggen van een
tijdelijke kwetsbare situatie van het bedrijf,
met name in de aanloopfase bij bedrijfs-
overneming en in een periode van reorga
nisatie.
De jaarrekening 1974 van onze organisatie
leidde tot deze beschouwingen. De ontwik
kelingen in ons economisch bestel zijn van
dien aard, dat de kredietverlenende instel
lingen zich sterker hebben te wapenen te
gen risico's die verbonden zijn aan hun ac
tiviteiten.
Het lijkt erop, dat dit in ons land door over
heidsmaatregelen steeds moeilijker zal
worden gemaakt, waarbij ik met name denk
aan de aangekondigde vermogensaanwas-
deling.
Wij streven naar versterking van de reserves
om de continuïteit van onze bankorganisatie
te beveiligen. Het belang van onze leden
eist dat eenvoudig. Ik vertrouw dat mijn be
toog in dit opzicht goed is verstaan.
middelen
Gaarne licht ik de gang van zaken in 1974
nog in korte bewoordingen toe. Het jaar
werd afgesloten met een gecombineerd ba
lanstotaal van ruim 37 miljard, hetgeen
overeenkomt met een stijging van 18%.
Zeer belangrijk was de toeneming van de
post deposito's; deze stegen met 2,5 mil
jard, waardoor deze post per ultimo 1974
12% omvatte van het totaal van de toe
vertrouwde middelen tegen nog geen 5%
in het jaar daarvoor.
De toeneming van deze middelen moeten
wij in direct verband brengen met de uit
zonderlijk hoge rentestand op de geldmarkt
gedurende het grootste deel van het jaar.
Hierdoor zijn middelen, die onder normale
omstandigheden als spaarbanktegoeden
zouden zijn aangehouden, verplaatst naar
de categorie termijndeposito's.
Naarmate de renteniveaus op de geld- en
kapitaalmarkt ten opzichte van elkaar weer
meer in evenwicht zullen zijn, zal ook de
samenstelling van de middelenstroom weer
in de richting van de vroegere verhoudingen
gaan tenderen. In de laatste maanden zien
wij dat verschijnsel steeds duidelijker naar
voren komen. Tegenover een negatief in-
legoverschot op spaarrekeningen in de
eerste vier maanden van 1974 van rond
350 miljoen staat een positief inlegover-
schot van 300 miljoen in dezelfde periode
van dit jaar. Een tegengestelde ontwikkeling
voltrekt zich bij de termijndeposito's. De
groei daarvan bleef in de eerste vier maan
den van 1975 500 miljoen achter bij die
in de overeenkomstige periode van 1974 en
bedroeg 330 miljoen.
Het totaal van de toevertrouwde middelen
steeg in de eerste vier maanden van 1975
met bijna 1300 miljoen tegenover 925
miljoen in dezelfde periode van 1974.
De relatief geringe aanwas van spaargelden
die onze organisatie in geheel 1974 kon
boeken, namelijk 2,7 van de stand aan
het begin van het jaar, zien wij dan ook als
een voorbijgaand verschijnsel. In totaliteit
stegen de toevertouwde middelen in 1974
met 3,8 miljard tot 30,9 miljard, een stij
ging van 14
kredietverlening
Deze overtrof de stijging van de kredietver
lening welke op 13% uitkwam. De inkrim
ping van de liquiditeitenportefeuille in de
laatste maanden van 1973 vroeg om een
compenserend beleid in 1974. De krediet
verlening aan het bedrijfsleven werd echter
nauwelijks door de maatregelen getroffen,
mede door inschakeling van onze gelieerde
hypotheekbanken. Wel moesten wij ons in
de sector van de financiering van particu
liere woningen enige beperkingen opleg
gen. De beperkende maatregelen zijn inmid
dels alle ingetrokken, omdat de liquiditeits
positie van de aangesloten banken over het
geheel genomen thans bevredigend is. Ook
blijkt de versterkte liquiditeitspositie uit de
balans per ultimo 1974 van de Centrale
Bank. De liquide activa stegen met ruim
1,6 miljard tot 4,6 miljard.
winst en reserves
De gecombineerde winst- en verliesreke
ning over 1974 sluit met een beschikbaar
winstsaldo van f 149 miljoen, nadat ruim
101 miljoen is toegevoegd aan de voor
ziening voor bedrijfsrisico's en 143 mil
joen is gereserveerd voor belastingen. In
het licht van mijn uiteenzetting over de min
der gunstige ontwikkeling in de economie
van ons land en ook internationaal, is de
versterking die onze voorzieningen en re
serves kunnen ondergaan, belangrijk te
achten. Het beschikbare winstsaldo komt
overeen met 0,43 van het gemiddelde ba
lanstotaal te vergelijken met 0,38 in 1973.
Het bedrag van de reserves van de organi
satie bereikt na bijboeking van de winst een
niveau van 1,67 miljard.
De herwaarderingsreserve voor gebouwen
is daaronder begrepen. Het totale bedrag
van de reserves komt overeen met bijna
4,5 van het balanstotaal. Ultimo 1973
kwam dit gegeven uit op 4,4%.
De winst- en verliesrekening over 1974 van
de Centrale Bank sluit met een beschikbaar
winstbedrag van 65,5 miljoen, nadat 27
miljoen is toegevoegd aan de voorziening
van bedrijfsrisico's en 58 miljoen is gere
serveerd voor belastingen.