2 Met het bereiken van de leeftijd der sterken zal de heer mr. C. Th. E. Graaf van Lijnden van Sandenburg op de a.s. algemene vergadering zijn functie als lid en ondervoorzitter van de Raad van Beheer van de Centrale Rabobank beëindigen. Wij zullen er nog aan moeten wennen, dat deze zo vertrouwde en vertrouwenwekkende figuur geen bestuursfunctie meer zal bekleden in onze organisatie. Sinds 1953, toen hij werd benoemd tot bestuurslid van de Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank, heeft de heer Van Lijnden een belangrijk aandeel gehad in het beleid van het coöperatief krediet wezen in ons land. Op de snelle en soms ingrijpende ontwikkelingen, welke zich vooral gedurende de laatste 10 jaren in het coöperatief kredietwezen hebben voorgedaan heeft hij niet alleen grote invloed gehad: hij heeft er in belangrijke mate mede richting aan gegeven. In dit verband denk ik bijzonder aan het tot stand komen van onze Rabobankorganisatie. Als over tuigd voorstander van één coöperatieve bankorganisatie in ons land, heeft hij de fusie van de beide Centrale Banken krachtig en met enthousiasme bevorderd en mede gestalte gegeven. Tijdens de vele en uiteraard ook wel eens moeilijke besprekingen, die betrekking hadden op de fusie, was het vooral de heer Van Lijnden, die er voor zorgde, dat de sfeer steeds open en vriendelijk bleef, waardoor het vertrouwen in elkaar nooit werd geschaad. Met een kwinkslag of een of ander anecdotisch verhaaltje wist hij de lachspieren weer in beweging te krijgen, als de zware en ingewikkelde problemen de stemming wel eens dreigde te drukken. Naast een natuurlijke vlotheid en charme in zijn optreden beschikt de heer Van Lijnden over een scherp inzicht: hij is wijs en bedachtzaam, maar ook slagvaardig en bezit bovendien een schat aan kennis en ervaring. Persoonlijk heb ik het steeds als een voorrecht beschouwd om met de heer Van Lijnden te mogen samenwerken. Onze eerste contacten dateren reeds uit de 40-er jaren, toen hij behalve voorzitter van het Utrechts Landbouwgenootschap, lid was van de Commissie Buitenland en voorzitter van de z.g. Wetgevingscommissie van de toenmalige Stichting van de Landbouw. Aan de voorbereiding en de opbouw van het Landbouwschap heeft de heer Van Lijnden een zeer belangrijke bijdrage geleverd. Het is vooral sinds onze nauwe samenwerking in de Rabobank, dat ik de heer Van Lijnden zeer bijzonder heb leren kennen en waarderen als een voortreffelijk bestuurder, een prettig collega en een goede vriend. Gelet op zijn vitaliteit en zijn vele voortreffelijke eigenschappen zou hij, ondanks zijn leeftijd, nog best een aantal jaren zijn huidige functie kunnen blijven vervullen. Maar de leeftijdsgrens geldt voor iedereen, helaas ook voor de heer Van Lijnden! Het is met spijt maar tevens met grote dankbaarheid, dat wij afscheid nemen van deze edelman, die nooit met zijn titels pronkte, maar die steeds „gewoon" bleef en toegankelijk voor iedereen. Bij zijn afscheid wil ik de heer Van Lijnden namens onze Rabobankorganisatie van ganser harte danken voor de grote verdiensten, die hij gedurende een lange en belangrijke periode aan onze organisatie heeft bewezen. Gaarne wensen wij hem toe, dat hij nog vele jaren in goede gezondheid kan genieten op het mooie Sandenburg C. G. A. Mertens

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1975 | | pagina 4