in woorden en miljoenen f£$7s£fSzf*f£ 38 financieringsproblemen jonge agrariërs liquiditeitsproblemen vervolg agrarische kroniek succes te hebben. De te grote onzeker heden bij het aflopen van het contract na 26 jaar is daarvoor de hoofdreden. Daar naast heeft ook de geringe overnameprijs in verhouding tot de huidige marktprijs een remmende werking. Op verschillende plaatsen is in 1974 over dit probleem geschreven. Vanzelfsprekend is ook de Rabobank daarbij nauw betrokken, onder andere via de desbetreffende studie commissie van het Landbouwschap. Veel onderwerpen zijn in deze commissie reeds in behandeling geweest om de pro bleemstelling te omschrijven. Hoewel het eindrapport in de komende maanden zal worden gepubliceerd, kunnen nu reeds en kele opmerkingen worden gemaakt. Bij analyse van de gegevens van het LEI over de afgelopen jaren blijkt steeds weer, dat de jonge ondernemers in de afgelopen jaren gemiddeld nauwelijks financierings problemen hebben gehad. In hoeverre adspirant-opvolgers van hun plan tot opvolging hebben afgezien door te verwachten financiële problemen is bijzon der moeilijk na te gaan. De aangegane financieringslasten zijn in veel gevallen erg hoog in verhouding tot de rentabiliteit. Dit duidt echter veeleer op een rentabiliteitsprobleem en niet op een finan cieringsprobleem. Van een financieringsprobleem is sprake, indien de rentabiliteit voldoende is en toch de financiering op problemen stuit. Dit is echter bij de huidige mogelijkheden van de Rabobank, zonodig aangevuld met het Borgstellingsfonds, zelden het geval. Indien de problemen liggen in de sfeer van de sfeer van de rentabiliteit zullen ook de op lossingen in die sfeer gezocht moeten wor den. Oplossingen waarbij de lasten worden ver rentebetaling, lijken in vele gevallen minder gewenst. Bij eventueel noodzakelijke ver- vangings- en/of uitbreidingsinvesteringen enige jaren na de overname, zullen zich dan financieringsproblemen voordoen. Ook op lossingen, waarbij de lastenverlichting mo gelijk toevloeit aan de familieleden in de vorm van scherpere overnamevoorwaarden, betekenen voor de jonge ondernemer geen verlichting. Wel beperkt het de afhankelijkheid van de familieleden. Indien het eindrapport van genoemde stu diecommissie gereed is, zal daaraan in deze kroniek uitgebreider aandacht worden be steed. In het voorgaande zijn slechts enkele facetten van het probleem belicht. Een terugblik op 1974 kan niet voorbijgaan aan de ontwikkeling van de kosten en op brengsten. De rentabiliteit van een aantal bedrijfstak ken is daardoor onder zware druk komen te staan. Dit werd nog versterkt door de bijzon der slechte weersomstandigheden (Zee land, hagelschade). Hoewel van overheids wege maatregelen zijn getroffen om de schade voor de ondernemers te beperken, kunnen liquiditeitsproblemen niet uitblijven. Dit blijkt reeds duidelijk uit het verloop van de rekening-courant. Enerzijds nemen de tegoeden af, terwijl de opgenomen bedra gen in vergelijking tot 1973 sterk zijn toege nomen. Overigens wordt dit verschijnsel ook voor een gedeelte veroorzaakt door de eer der gesignaleerde investeringsactiviteit van de bedrijven. Bij behandeling van bedrijven die om wat voor reden ook in financieringsmoeilijk heden zijn geraakt, is onmogelijk een lijn te trekken. Dit is in sterke mate afhankelijk van de financiële positie en de vooruitzich ten van het individuele bedrijf. De problematiek op dit terrein is zo groot dat het nuttig lijkt hierop in een volgende In de maand november was er sprake van een niet ongunstige ontwikkeling van toevertrouwde middelen en uitzet tingen bij onze aangesloten banken, die vrijwel geheel volgens verwachting was. De spaargelden vertoonden een posi tief resultaat, terwijl de in oktober in gezette ontwikkeling bij de deposito's, namelijk een terugvloeiing van aan de Centrale Bank doorgegeven deposito's naar deposito's in eigen beheer bij de aangesloten banken, zich verder voort zette. Een en ander als gevolg van de onlangs ingezette daling van de geld marktrente. De uitstaande leningen groeiden wel iswaar iets sterker dan in voorgaande maanden, doch bleven enigszins ach ter bij de verwachting. Door bovenstaande ontwikkelingen vertoonde het rekening-couranttegoed van de aangesloten banken bij de Centrale Bank een stijging, terwijl ook de liquiditeitspositie van de gezamen lijke aangesloten banken een lichte verbetering onderging. licht door uitstel van aflossingen en zelfs kroniek uitgebreider in te gaan. uit SJt&SJ

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1975 | | pagina 40