prijzen voor het komende seizoen Eerder dan vorige jaren, staat de Europese landbouwpolitiek weer geheel in het teken van de prijzen. Bij de tussentijdse prijsverhoging van 5% in de herfst van 1974, werd besloten om ditmaal niette wachten tot april met het vaststellen van de prijzen voor het volgende seizoen, maar reeds op 1 februari de verhogingen toe te passen. 26 drs. m. I. cle heer accent op akkerbouw Geheel volgens dit schema kwam de heer Lardinois met zijn voorstellen: een gemiddelde verhoging van 9 a 10%. In ieder geval reeds de helft hoger dan het voorstel van de Europese Commissie voor 1974/75; toen stelde de Com missie 6% voor, vroegen de landbouworganisaties 12% en besloot de Raad tot 8 Het hoge tempo van de inflatie en de tekorten op de we reldmarkt hebben de Commissie geïnspireerd tot een ho ger beginpunt voor de jaarlijkse prijsronde. De heer Lardinois zal wel willen voorkomen dat de minis ters deze keer tot een veel hoger percentage komen en daarmede de rol kunnen vervullen van betere verdedigers van de agrarische belangen dan de Europese landbouw commissaris. Ook de tussentijdse aanpassing van de prij zen, zoals in 1974, zal de Commissie niet graag herhalen. Een ander verschil met het voorstel van het vorige jaar is het accent dat de akkerbouw heeft gekregen bij de prijs verhoging. Tot nog toe zijn het de veehouderijprodukten, rundvlees voorop, die boven het gemiddelde uitkwamen. Een belangrijke oorzaak is gelegen in de gewijzigde ver houdingen op de wereldmarkt, waardoor een forse prijs verhoging voor suiker en granen kan worden gerechtvaar digd. Op die wijze kan ook het verbruik van geïmporteerde voedergranen worden afgeremd, waardoor de heer Lardi nois zijn belofte aan de Verenigde Staten kan proberen na te komen om 10% minder aan te kopen; Japan heeft een dergelijke toezegging eveneens moeten doen. Deze accentverlegging wordt door de veredelingssector uiteraard niet in dank afgenomen; de prijsdaling van vlees is reeds moeilijk te verwerken en nu komt er nog eens een kostenstijging bij. Voor de melkveehouderij is de voorgestelde bescheiden stijging van de rundvleesprijs een bevestiging van de slech te vooruitzichten voor dit produkt. De gesloten EG-grens voor rundvlees staat voortdurend onder druk van landen die willen importeren, waardoor elke opleving van het prijsniveau weer direct dreigt te worden weggevaagd. Voor de melkveehouderij is dit een reden om met meer dan gewone verwachting naar de verhoging van de melk prijs te kijken. De afzet van boter geeft bij de bestaande marktondersteunende maatregelen geen problemen, voor melkpoeder is echter de markt op het ogenblik minder ont vankelijk.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1975 | | pagina 28