het wereldvoedsel- vraagstuk 12 ir. n. a. tonckens schaarste HONGER IN DE WERELD De sterk gestegen olieprijzen hebben een remmende invloed op de wereldvoedsel- produktie. Hierdoor worden de dicht bevolkte ontwikkelingslanden het meest getroffen. Betwijfeld moet worden of de wereldvoedselconferentie tot resultaat zal hebben, dat de noodzakelijke ontwikke lingshulp in belangrijke mate via de internationale hulporganisaties gaat verlopen. Voor het derde achtereenvolgende jaar is de wereldvoedselproduktie kleiner dan het verbruik. Pessimisten zien hierin reeds het begin van de grote cata strofe die de Club van Rome heeft voorspeld. Het lijkt er inderdaad wel op, behalve wanneer we zien naar de oorzaken van het huidige voedseltekort. Deze moet namelijk hoofdzakelijk aan abnormale weersomstandigheden worden ge weten. Overigens maakt dit de voedselcrisis niet minder ernstig. Zeker niet ge zien de mogelijkheid dat thans een klimaatsverandering bezig is zich te vol trekken. Over dit laatste bestaat evenwel in de kring van meteorologen geen eensluidende mening. Aangezien de voedselvoorraden in de we reld sinds 1972 aanzienlijk zijn verminderd, is een verdere beperking van het verbruik thans een onontkoombare noodzaak. Van vermindering van de consumptie is tot dus verre alleen nog sprake geweest in de arme landen. Een verdere beperking van de con sumptie in die gebieden zal voor grote be volkingsgroepen fatale gevolgen hebben. Miljoenen mensen zullen of de hongerdood sterven of door ondervoeding zodanig wor den aangetast dat zij voor hun gehele ver dere leven minder valide zijn. Een schrijnend voorbeeld van dit laatste is wel het feit, dat de verstandelijke vermogens nooit meer tot volle ontwikkeling komen, indien kinderen gedurende hun eerste le vensjaren onvoldoende eiwit krijgen. De voedselsituatie in de door hongersnood be dreigde landen geeft dan ook alle reden om te bezien of hierin door internationale hulp verlening verlichting kan worden gebracht. Tijdens de wereldvoedselconferentie in Rome is de problematiek van de voedsel voorziening uitvoerig besproken. Hoewel het resultaat van deze conferentie velen heeft teleurgesteld, moet men blij zijn dat er toch iets is bereikt. De grootte van het resultaat zal overigens pas blijken nadat de regeringen van de potentiële donorlanden nog eens dringend om een bijdrage is ge vraagd. Een van de redenen die de rijke landen terughoudend maakt is de overwe ging dat vergroting van de voedselhulp een verdere stijging van de internationale graan prijzen tot gevolg zal hebben. Speciaal de Amerikanen zijn erg beducht voor het op deze wijze aanwakkeren van de inflatie, hoewel juist zij als grootste graanexporteur CHINA PAKISTAN rNIGER TC» PHILIPPIJNEN Iangladesh JEMEN jjf ETHIOPIE iOMALI BOVEN VOLTA lip tf UGANDA RUANDA GABON INDONESIË BOTSWANA MOZAMBIQUE EL SALVADOR ECUADOR BRAZILIË HONGERGEBIEOEN I PROBLEEMGEBIEDEN

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1975 | | pagina 14