12
deel oplossing
derde trap
Prinsjesdag: de derde trap
drietrapsraket van de landbouw
van tussentijdse kostenstijgingen en het lange uitblijven
van een Raadsbeslissing. Voor landen als Italië en Enge
land, die niet erg op een prijsverhoging waren gesteld van
wege het bestrijden van de binnenlandse inflatie, was dit
een reden om de voorgestelde prijsverhoging als nutteloos
af te schilderen, omdat de boerenorganisaties toch niet te
vreden te stellen zouden zijn. De boerenorganisaties be
sloten echter om 16 september in heel de Gemeenschap
onder verantwoordelijkheid van de aangesloten organi
saties manifestaties te houden - op legale maar toch dui
delijke wijze.
Ondanks de voor een groot lichaam als de Europese Ge
meenschap snelle wijze van werken, maakt de genomen
actie toch de indruk van het blussen van brand zonder dat
de brandhaard weggenomen wordt. Prijsverhogingen, ook
wanneer die gepaard gaan, zoals de heer Lardinois voor
stelde, met het wegnemen van een deel van de monetaire
compenserende bedragen tussen de E.G.-landen, raken al
leen de produkten waarvan de prijsvorming direct door de
EG-reglementen wordt beïnvloed. De vleessector en ook
de tuinbouw vallen daar niet onder en de daling van het
inkomen van de producenten uit deze sectoren was één
van de belangrijkste oorzaken van de onrust in de land
bouw. Voor deze groep had de Europese Commissie nau
welijks maatregelen in petto. Wat ons land betreft meende
de Regering kennelijk, door de toeslagen op deze
groepen te richten, het evenwicht enigszins te herstellen.
Vanuit Europees gezichtspunt uiteraard een niet erg be
vredigende gang van zaken.
Tijdens Prinsjesdag zou in Den Haag de derde trap voor
de landbouwpolitiek starten. Daarbij ging het vooral om de
maatregelen op fiscaal en sociaal gebied waardoor de in
komenspositie van de zelfstandige in de agrarische sector
zou moeten worden verbeterd. In de gedachtengang van
de landbouworganisaties zou deze verbetering de 2%
steun op basis van de B.T.W. overbodig moeten maken.
In de Troonrede werd een betrekkelijk uitvoerige passage
gewijd aan de fiscale en sociale aangelegenheden van
zelfstandigen. De verbeteringen welk de Regering aan de
Staten-Generaal zou aanbieden, betroffen een vrijstelling
van het bedrijfsvermogen tot 50.000 gld van vermogensbe
lasting, een verruiming van de belastingvrije oudedagsre-
serve, verhoging van het vrijgestelde bedrag bij liquidatie