van de ploeg naar de barricaden 7 Boeren trekken op met trekkers, kar ren en werktuigen. Op het afgespro ken tijdstip was er nu hier dan daar op weg en kruispunt een falanx van voer tuigen, die voor enkele uren het asfalt in plaats van het bouw- en grasland onder de wielen voelden. Onze verregende zomer kreeg iets van een hete zomer, alleen vanwege de verhitte boerengemoederen. Gelukkig zijn er geen dreigende zeisen en hooivorken geheven; er werd met zelfbe heersing opgetreden. De verdraagzaam heid van anderen werd net niet teveel ge weld aangedaan. Maar het had toch niet veel langer moeten duren. Die zaterdag morgen in het Utrechtse stadion waren de boeren helemaal onder elkaar. Eén in hun protest, verdeeld in de mate van hun eisen. Voorzitters van gevestigde organisaties, leiders van actiecomités en heel die grote massa boeren en tuinders die het beu zijn. Emoties laaien op, sprekers wordt het woord belet, gejuich en veel boeh-geroep doorklieft de lucht. Stoom afblazen? 01 is het veeleer een naar buiten geprangde uiting van een diepgaand gevoel van on behagen dat, losgebroken, gevaarlijke pro porties kan aannemen? Er is iets mis. Een heleboel zelfs. En dan denken we nu eens niet in de eerste plaats aan het belangrijkste dat er mis is: de slechte positie waarin een groot deel van de boeren is geraakt, leder weet nu, dat het niet best is in de land- en tuinbouw, weet wat van de oorzaken, weet zelfs iets van lapmiddelen of echte geneesmiddelen om het te verbeteren. \Ne hebben een j dokter, een staf van doktoren nodig, die onverwijld door toediening van de juiste medicijn of desnoods door een harde in greep de gezondheid herstelt. Een on menselijk moeilijke opgave. Deze zomerdemonstraties zijn ech ter een aanwijzing, dat er meer mis is. Zij zijn gelukkig niet uitgewas sen tot een tomeloze revolte. Maar ze zijn desondanks een teken aan de wand, dat voor ieder een waarschuwing mag inhou den, die meent dat onze huidige maat schappij in vrijheid en rust wel gezapig vanzelf voort zal rollen. Want de boeren acties zijn in meer dan een opzicht ver ontrustend, niet alleen voor de overheid en de ,,rest" van de burgers, maar in wezen ook voor de boeren zelf. Vroeger, een tiental jaren geleden nog, vond het boerenprotest zijn uiting in „een ruk aan de bel" van het Landbouwschap. Voor de boer van nu is dat te tam. De agrarische stand, die zich vanouds als geen ander heeft weten te organiseren - door en door democratisch in zijn vereni gingen en voorzien van grote politieke in vloed (o.a. door lidmaatschap van politieke partijen) - lijkt ineens een andere weg op te gaan. De bel moet rebelser zijn. Als de conferentietafel geen of niet snel genoeg resultaat geelt, dan maar de straat op. Als bij ministerie, Landbouwschap of E.E.G. niet ol weinig te bereiken valt, dan maar een stadion op stelten zetten. „Wijze, ver standige voormannen hebben nu genoeg geleuterd": wij zullen het nu wel even zelf zeggen en eisen. En dan ontstaat heel gemakkelijk een kli maat, waarin wantrouwen tegen eigen mensen oplaait en proporties achter de opgezweepte golven van verontwaardiging verdwijnen. Zelfs actieleiders kunnen zich daar niet aan onttrekken, ook al willen ze het. De massa komt op drift en zoekt door niemand te stuiten zijn weg. Blindelings, zonder leider, als door instinct gedreven en immuun voor redelijke argumenten. Goed, nauwelijks iemand onder de boe ren zou het zover willen laten komen. Maar het is spelen met vuur om te dreigen met het loslaten van de geest uit de lies en dan alvast wat aan de kurk te gaan rukken. Het erge is dat het in onze samenleving al vaker gebeurt en dat elke keer de dosis afwijkend gedrag" groter schijnt te moe ten worden om de krantekoppen te halen. Studenten en vakbonden zijn voorgegaan met het kracht bij zetten aan hun eisen door overneming van bedrijven, bezetting van instituten en gebouwen. Nu zagen we boeren in actie, die tijdelijk het verkeer lam legden, straks zal wellicht een andere maatschappelijke groep er eens flink te genaan willen gaan De methode is ge geven en zij is bepaald niet door de boe ren uitgevonden. Strijk tegen de haren in, negeer ol overtreed de regels, want alleen dan valt er iets te bereiken. En dat klopt ook nog, want ineens is er aandacht en ineens kan er het een en ander. En als het niet snel genoeg gaat, dan wordt eenvou dig de dosis afwijkend gedrag" vergroot: aux grands maux les grands remèdes! Ondertussen is onze dosis al ge vaarlijk groot geworden. Gaat het zo nog even door, dan worden de grondslagen van onze samenleving los ge woeld. Dan gaat onderling wantrouwen overheersen en wil iedere groep met ge weld eigen recht of belang nastreven. „Goelag Archipel", het onvoorstelbaar be klemmende boek van Solsjenitsin ligt - God zij dank - ver uit onze gezichtskring, maar evenzo goed moeten we oppassen de rek van onze democratische vrijheden niet te ver te willen strekken. Heel gauw gaan we over de grens, waarachter chaos op doemt en verdachtmakingen en wantrou wen onze leidslieden worden. Die kant is voor iedereen heilloos. We moeten ons hierop allemaal nog eens goed bezinnen. Niet alleen de boeren, maar ook studen ten, milieu-activisten, werknemersbonden en wie er al niet meer in de laatste jaren met opzienbarende acties de krantekop pen haalden. Dus maar braaf dulden, „law and order" respecteren en afwachten wat er over ons besloten wordt? Wie zou zo'n houding in alle gevallen bindend voorschrijven? Soms stijgt de nood zo hoog, dat er hoe dan ook iets gebeuren moet, zelfs tegen de gevestigde orde in. Denk aan recente voorbeelden uit het buitenland. Men wete echter wat men doet, want het is weinigen gegeven het middel van het zelf afdwingen van recht zuiver te hanteren. Pas op, dat het middel niet erger is dan de kwaal. Caveant consules, zeiden de Romeinen. Vrij vertaald: laten de overheden - ook be stuurders erop toezien dat de hun toe vertrouwde belangen geen schade lijden. Een ander gezegde begint met de woorden Senatu deliberante". Deze spreuk leert dat de zaak die we willen redden verloren gaat als we te lang in allerlei organen en commissies over oplossingen blijven door delibereren (wie daarvoor een minder wei- gevoeglijke term wil lezen, mag dat doen). Het kali mag niet verdrinken, terwijl er over gepraat wordt wie het touw zal halen. Spreuken, die - daar zijn ze klassiek voor - ons nog steeds iets te zeggen hebben. Als we niet willen afglijden naar eigen machtige acties van nu eens deze dan weer die groep, zullen we ze ter harte moeten nemen. Een ander ding is dat bij al die groepen zeil een sfeer van wantrou wen en onvrede moet worden voorkómen c.q. onmiddellijk worden weggenomen, le der, ook de groep, zal wat dat betreft de hand in eigen boezem moeten durven ste ken. Alleen zo ontstaat er weer een kli maat waarin de echte spijkers met de echte koppen kunnen worden geslagen. J.R.H.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1974 | | pagina 9