de nieuwbouw van eigen
woningen
het eigen woningbezit
en de overheid
eigen woningbezit
huis, terwijl een open haard als het minst
belangrijk wordt aangegeven.
Voor een beschouwing van de huidige si
tuatie in de woningbouw nemen we als uit
gangspunt het aantal woningen waarvoor
bouwvergunning is verleend naar wijze van
financiering. Daarbij bezien we de jaren
1970 tot en met 1974, waarbij we voor 1974
een schatting maken op basis van de ge
gevens van het eerste halfjaar:
lijk op haar begroting een bedrag uitge
trokken dat zij maximaal aan subsidie zal
toekennen. Daarbij heeft ze een schatting
gemaakt van het aantal beschikkingen.
Aangezien de bouwkosten sterker gestegen
zijn, c.q. stijgen dan begroot, zal het aantal
subsidiebeschikkingen kleiner zijn. Een
krachtige bestrijding van de bouwkosten
stijging welke samengaat met het voort
duren van de inflatie is dan ook gewenst.
Wat voor de subsidiebeschikkingen
geldt, namelijk een vast bedrag op de be
groting, is ook van toepassing op de wo
ningwetsector.
Bezien we de consequenties van de inflatie
nader, dan blijkt in de praktijk dat vele men-
VERLEENDE BOUWVERGUNNINGEN 1970 TOT EN MET 1974:
Jaar woningwet- premie- ongesubsidieerde totaal
woningen woningen woningen
aantal aantal aantal 100%
1970 44232 34 62674 47 21656 19 128.562
1971 43648 32 66815 48 24905 20 135.368
1972 55115 34 74373 46 32617 20 162.105
1973 46916 32 59570 45 37748 23 144.234
1974*) 39800 29 55000 45 31200 26 120.000
Bron: C.B.S. Raming
Uit bovenstaande cijfers blijkt duidelijk dat
de woningbouw over haar hoogtepunt heen
is. Het record aantal in 1972 verleende
bouwvergunningen leidde in 1973 tot een
ongekende woningbouwproduktie. Echter
de kentering werd in 1973 reeds zichtbaar
toen circa 18.000 bouwvergunningen min
der werden verleend dan in het vooraf
gaande jaar.
De in 1974 teruglopende activiteit zal nog
belangrijk afnemen gezien het feit dat het
aantal in 1974 verleende bouwvergunningen
op een aanzienlijk lager niveau zullen lig
gen dan in 1973.
Absoluut gezien delen alle sectoren in deze
achteruitgang.
Relatief evenwel blijkt het aandeel van de
ongesubsidieerde sector in de afgelopen 5
jaar sterk te zijn toegenomen, hetgeen vrij
wel geheel ten koste van de woningwet-
bouw geschiedde.
Van de ongesubsidieerde sector heeft 90
tot 95 betrekking op de nieuwbouw van
eigen woningen, van de gepremieerde sec
tor circa 50%. Daarmede rekening hou
dend blijkt dat het aandeel eigen wonin
gen in de nieuwbouw belangrijk is toege
nomen, net nu de nieuwbouw afneemt.
De stagnatie in de nieuwbouw van wonin
gen, welke derhalve tot voor kort nog vrij
wel geheel in de huursector lag, wordt
thans echter ook zichtbaar in de bouw van
eigen woningen. De redenen die daarvoor
kunnen worden aangevoerd zijn velerlei.
Enerzijds liggen er oorzaken bij het over
heidsbeleid een tekort aan subsidie
beschikkingen anderzijds kunnen fac
toren als inflatie, sterke stijging van de hy
potheekrente, enzovoort worden genoemd.
Voor een gedeelte hangen deze twee com
ponenten samen. De regering heeft name-
sen juist een eigen woning willen kopen,
omdat dit voor hun de enige manier is om
zich tegen de inflatie te wapenen. De ook
ten gevolge van de inflatie stijgende huur
prijzen geven daaraan een stimulans. Daar
staat tegenover dat de inflatie de bouw
kosten meer dan evenredig opdrijft, waar
door de eigen woning voor een grotere
groep mensen minder bereikbaar wordt.
Hier komt nog bij dat in één jaar tijd de
rentetarieven voor hypothecaire leningen
met ongeveer 2 zijn gestegen. Dit bete
kent dat de financieringslasten van de
steeds duurder wordende nieuwbouw door
een kleinere groep mensen kan worden op
gebracht.
Aldus kan de stagnatie in de nieuwbouw
van eigen woningen worden toegeschreven
aan een complex van onderling samenhan
gende factoren: inflatie, bouwkostenstij
ging, minder subsidiebeschikkingen, hoge
re financieringslasten, enzovoort.
Momenteel wordt in Nederland ongeveer
38 van de woningvoorraad bewoond door
de bewoner-eigenaar. In de omringende
landen ligt deze verhouding aanzienlijk
hoger West-Duitsland 44 België 66
Engeland 52%. Intussen neemt het eigen
woningbezit zowel in Nederland alsook el
ders nog toe.
De toename kan worden verklaard deels uit
de stijgende welvaart, waarbij de behoefte
aan een eigen woning steeds groter wordt,
deels aan stimulerende maatregelen van
de overheid, deels aan een aantal andere
factoren, welke reeds in het voorgaande
zijn genoemd. Hier zullen we ons richten op