(wat ons bezighoudt)
2
DE CENTRALE KRING EN DE DOCHTERS
In mei is de Centrale Kringvergadering
voor de tweede maal dit jaar bijeen ge
weest. Het was tevens de zevende vergade
ring sedert de fusie. Als wij een voorlopige
balans mogen opmaken, geloven wij te mo
gen zeggen, dat de C.K.V. heel goed, mis
schien zelfs boven verwachting goed func
tioneert. Zeker, men kan een lichaam van
132 leden wat groot vinden voor een over
legorgaan. leder, die de bijeenkomsten bij
gewoond heeft of de uitvoerige verslagen
heeft gelezen, zal moeten erkennen dat de
discussie niet oppervlakkig is, maar zeer
terzake en zich over brede terreinen uit
strekt. Ook de sfeer in de vergaderingen en
de toon, waarop zaken bepleit of ontraden
worden, is zonder meer goed te noemen,
al staan de meningen wel eens behoorlijk
scherp tegenover elkaar. Gelukkig is daar
ruimte voor.
De jongste vergadering paste precies in de
voortschrijdende reeks. Ook nu bleek, dat
de leden zich niet slechts tot de agenda
punten bepaalden of alleen vanouds be
langrijke onderwerpen aansneden, maar
dat zij ook telkens nieuwe zaken bij de kop
namen. Gaat dit zo door - en daar is niets
tegen - dan zal de C.K.V. op den duur met
nog wel alle facetten van onze organisatie
JHR. MR. W. C. HOOFT GRAAFLAND
Op 4 juni 1974 is na een kort ziekbed
in Bilthoven op 82-jarige leeftijd
overleden jhr. mr. W. C. Hooft Graaf
land, oud-directeur van de Coöpera
tieve Centrale Raiffeisen-Bank te
Utrecht. Degenen die hem hebben
gekend, weten, dat met hem een
markante persoonlijkheid is heen
gegaan.
In 1922 werd de heer Hooft Graaf
land, werkzaam bij de firma Scheur
leer, bankierskantoor te Gorinchem,
door het bestuur van de Utrechtse
Centrale Bank, onder voorzitterschap
van ir. F. A. R. A. Baron van Ittersum,
tot directeur benoemd Toen hij in
1956 de 65-jarige leeftijd bereikte,
kon hij terugzien op een 34-jarig
directeurschap, waarin de Raiffeisen-
organisatie een enorme ontwikkeling
had doorgemaakt. Maar ook na zijn
pensionering bleef het wel en wee
van de organisatie zijn warme be
langstelling houden.
De heer Hooft Graafland had wat nu
het werkgebied „Centrale Bankza
ken'' heet onder zich, doch in feite
had hij ook de leiding over veel dat
nu valt onder „Algemene Zaken",
„Centrale Administratie en Informa
tie", „Sociale Zaken" en zelfs „Aan
gesloten Banken", al was dit laatste
in de praktijk overwegend het do
mein van de heer Th. J. Visser, later
één van zijn mede-directeuren.
Onder leiding van de heer Hooft
Graafland werden o.a. de contacten
met buitenlandse banken uitge
bouwd.
De overledene was spontaan en im
pulsief van aard; hij had een groot
natuurlijk gezag en allen die gedu
rende de tijd van zijn directeurschap
aan de Centrale Bank waren verbon
den, zullen zich dit herinneren. Hij
wist te prijzen waar dat nodig was,
maar kon iemand op niet mis te ver
stane wijze zijn feilen onder het oog
brengen. Kort daarna was hij het
echter volstrekt vergeten. Nooit hield
hij iemand zijn fouten na. leder er
voer hem als een rechtvaardig man,
niet gespeend van een soms wat sar
castische humor en met een warm
hart, steeds vol belangstelling voor
zijn medewerkers. Ook de beheer
ders en directeuren van aangesloten
banken, die de heer Hooft Graaf
land hebben gekend, spreken met
grote waardering over hem; ook zij
die hij met zijn kritische opmer
kingen niet heeft gespaard.
Zijn echtgenote, met wie hij in 1936
is gehuwd, leefde ook voor wat de
zaken van de bank betreft, steeds
met hem mee.
Dit uitte zich in het bijzonder toen
de nieuwbouw aan de Sint Jacobs-
straat werd voorbereid en de heer
Hooft Graafland werd benoemd tot
bouwdirecteur, hetgeen hij is geble
ven totdat reeds na zijn pensionering
de opening van het nieuwe gebouw
in mei 1957 plaatsvond.
Degenen die hij achterlaat, maar spe
ciaal zijn echtgenote, wensen wij
toe, dat hun de kracht worde gege
ven dit grote verlies te dragen en
daarin te berusten.