32
e.g.slecht geweten
monetaire compensaties: de boosdoener
uitstel van alternatief
hervorming landbouwbeleid?
rapport-kriellaars
moeilijkheden zonder oplossingen
maken met een ernstige terugslag. De Italiaanse regering
kondigde een maatregel aan waarbij de importeurs van
dit land 50 van hun ontvangsten in Rome voor een half
jaar renteloos moesten laten liggen.
Deze maatregel geldt voor alle industrie- en landbouw-
produkten, behalve bepaalde grondstoffen. Voor de ex
port van Nederlandse agrarische produkten zou dit een
belangrijk obstakel betekenen. 30 van de export van
Nederlands vlees gaat naar Italië, waarbij de export van
kalfsvlees bijna geheel op de Italiaanse markt is gericht.
De Italiaanse maatregel werd in de Raad van E.G.-
Ministers zeer gematigd ontvangen. Er was algemene er
kenning van de moeilijke financiële en monetaire situatie
waarin Italië verkeert. Deze gematigdheid werd waarschijn
lijk ingegeven door een slecht geweten wat betreft de wijze
waarop de ministers de laatste jaren over economische sa
menwerking wel veel hebben gesproken maar zeer weinig
hebben gedaan. Zo is het nog niet zolang geleden dat de
discussie over het regionaal beleid de mist in is gegaan.
Ook lag de speech van de nieuwe Engelse minister Cal-
laghan, over de heronderhandeling over de toetredings
voorwaarden van het U.K., de ministers nog zwaar op de
maag.
De Italiaanse maatregel betreft de produkten, zowel van de
landbouw als van de industrie. Op initiatief van het lid van
de Europese Commissie Lardinois, werd getracht om voor
de landbouwprodukten die onder een marktordening val
len, een uitzondering te krijgen. Het struikelblok bleek
hier het systeem van monetaire compenserende bedragen.
Vanuit West-Duitsland werd de Italiaanse markt voorzien
met produkten waarvoor een toeslag van 12% gegeven
werd om de gevolgen van de reeks van revaluaties van
de D.M. te overbruggen.
Omdat de werkelijke invloed van deze revaluaties niet
meer aan te geven is, voelen de Italianen deze toeslagen
als een vervalsing van concurrentie.
De Duitse import van melkpoeder b.v., zou voornamelijk
door deze toeslagen op gang zijn gekomen.
Boven de Duitse monetaire compenserende bedragen heb
ben de Italiaanse importeurs ook nog op een dergelijk be
drag recht omdat de Italiaanse Lire in waarde is gedaald
en de Italiaanse regering niet een overeenkomstige stijging
van het prijspeil van landbouwprodukten wilde toestaan. In
de praktijk schijnen deze Italiaanse compenserende be
dragen nogal moeilijk ter beschikking te komen en de be
zwaren van de Italiaanse landbouw richtten zich vooral op
de Duitse compenserende bedragen.
De heer Lardinois probeerde aan dit bezwaar tegemoet te
komen door de ministers o.m. voor te stellen om de com
penserende bedragen zoals deze door de gerevalueerde
landen, d.w.z. Duitsland en de Benelux, worden toegepast
met 2,75% te verminderen zodat de Benelux geen bedrag
meer zouden overhouden en het Duitse bedrag overeen
komstig zou worden verlaagd. Noch de Duitse, noch de
Nederlandse minister konden zich met dit voorstel ver
enigen.
Ook de andere door de Commissie voorgestelde maat
regelen om aan de Italiaanse situatie tegemoet te komen,
vonden geen genade in de Raad. De enige oplossing was
een voorlopige goedkeuring van de reeds genomen Ita
liaanse maatregelen en de machtiging van de Commissie
om vervangende regels te stellen.
Dit laatste nam meer tijd dan aanvankelijk voor mogelijk
en wenselijk werd gehouden. De vraag deed zich toen voor
of de exporteurs steun van hun regeringen zouden krijgen.
De heer Lardinois was geen voorstander van een derge
lijke steun. Ook de Nederlandse regering meende dat een
dergelijk optreden de druk zou verminderen op de Ita
liaanse regering om zich meer communautair te gedragen.
Even leek het dat Frankrijk zou beginnen met hulp aan de
export naar Italië en dan zouden de andere landen moeten
volgen.
In een informele bijeenkomst in Beieren tussen de Minis
ters van Landbouw van de E.G., wist de heer Lardinois
tijd te winnen en nationale steunmaatregelen te voor
komen. Na een vruchteloos gesprek van de Europese
Commissaris in Rome, werd er weer uitstel verkregen. In
middels ging de export van vele produkten langs één van
de vele onduidelijke wegen die naar Rome leiden zonder
al te grote moeilijkheden door. Hoe lang dat duurt is op
het moment dat dit geschreven wordt nog niet te zien.
Duidelijk is dat de Italiaanse maatregel een nieuwe breuk
lijn in de E.G. heeft veroorzaakt.
De Italiaanse maatregel heeft de speech van minister
Callaghan over het heronderhandelen overschaduwd. Een
herziening van landbouwpolitiek was één van de eisen die
door de nieuwe Engelse Regering werd gesteld. Wel werd
tegelijkertijd toegegeven dat de hoge wereldmarktprijzen
van het ogenblik een slechte voorwaarde zijn voor een
omvorming volgens oud-Britse leest: vrije invoer en in
komenstoeslagen voor de producenten. Maar, zo zei de
Britse minister, de wereldmarkt zou wel eens snel weer
door lage prijzen gekenmerkt kunnen zijn.
Hoewel de toespraak van de Britse minister algemeen
werd ontvangen als een ongeoorloofde poging om aan
eerder gemaakte afspraken te ontkomen, werd geleidelijk
duidelijk dat het er vooral om ging om aan binnenlandse
Engelse moeilijkheden lucht te geven. Wat wel een be
langrijk discussiepunt zou blijken is de bijdrage die het
Verenigd Koninkrijk aan het E.G.-beleid geeft; de mone
taire problemen zijn echter reeds een reden op zich om
de details van de vroeger opgestelde regels te bekijken.
Ook zal de Engelse regering het rundvleesbeleid ter tafel
brengen. Een onderwerp waarvan het in ieders belang is
om het serieus te onderzoeken. Het rundvleesbeleid is
immers een zeer zwak punt in het E.G.-landbouwbeleid ge
bleken.
Terwijl in de E.G. voorlopig dus nog geen sprake is van
een fundamentele herziening, heeft in ons eigen land de
Commissie gerapporteerd die de toenmalige minister
Lardinois eind 1972 heeft ingesteld en die de invoering
van een toeslagenstelsel moest bestuderen.