deze door de RèobanK verzorgde
vaKantie-vliegreizcn zit jctoch a/tijd nog
l het meest; comfortabel v'md iKy
27
het bedrijf, er is soms spanning tussen
oud en jong kader. U verwacht dus van
deze ontwikkeling een duidelijke verbete
ring ten opzichte van de situatie zoals die
nu is, waarbij de meerderheid van de vol
wassen mannen en vrouwen klachten over
de gezondheid heeft, waarvan de grond
oorzaak gevonden moet worden in maat
schappelijke en sociale omstandigheden.
Ja, ik geloof dat stellig. Die optredende
klachten worden ter beoordeling en be
handeling voorgelegd aan medici. Het is
dan ook logisch dat, waar het inzicht
groeiende is dat veel van deze klachten
juist ontstaan door maatschappelijke en
sociale omstandigheden, er meer beïn
vloeding gaat en moet komen vanuit de
hoek van die medici op deze maatschap
pelijke en sociale ontwikkelingen. Het is,
dacht ik, zonder meer een „must"'.
U gelooft dus dat waar aanvankelijk het
stimuleren van de welvaart in het brand
punt van de belangstelling stond, nu meer
het stimuleren van het welzijn aan de orde
moet komen en dat de gezondheidszorg
hierbij meer betrokken moet worden?
Ja, dat bedoel ik ook. Ik stel dat de ge
zondheidszorg veel meer betrokken moet
worden bij alle mogelijke maatschappelijke
en sociale gebeurtenissen. Ik meen dat
medici eigenlijk te lang aan de kant heb
ben gestaan als toeschouwers, voor wat
er zich maatschappelijk en sociaal af
speelt. Mijns inziens hebben zij zich te veel
beperkt tot het behandelen van de slacht
offers van die maatschappelijke en sociale
veranderingen.
U schildert hier een duidelijke rol voor de
gezondheidszorg, maar hoe moet het be
drijf hierin meespelen? anders gesteld:
u heeft al gezegd dat het instellen van
dit onderzoek en in de toekomst wellicht
van een medische dienst, getuigt van wijs
beleid, maar wat vindt u bijvoorbeeld van
mensen die zich niet aan dit onderzoek
willen onderwerpen? Met andere woorden,
hoe ziet u de verhoudingen tussen de
verantwoordelijkheid van het bedrijf en de
privé-verantwoordelijkheid met betrekking
tot de gezondheidszorg?
Er zijn altijd mensen - en dat zal in de
toekomst ook wel blijven - die er tegen
zijn om zich te laten onderzoeken. Meestal
berust dat op angst voor ontdekking van
iets, angst voor hun carrière etc. Ik geloof
dat we dit moeten aanvaarden. We kunnen
die angst niet zo maar wegnemen. Ook
kunnen we iemand niet gebieden zich aan
een onderzoek te onderwerpen. Uitein
delijk is iedere individu verantwoordelijk
voor zijn eigen gezondheidsbeleid. Maar
het bedrijf getuigt van wijs beleid als het
de onderzoekmogelijkheden aanbiedt. Ten
slotte heeft het bedrijf een verantwoor
delijkheid voor iedereen, die er werkt. En
tegen de personen die er moeite mee heb
ben zich aan het onderzoek te onderwer
pen, zou ik willen zeggen, dat het toch
in eerste instantie om „hun" gezondheid
gaat. Ook aan het adres van de bestuur
ders van banken zou ik willen zeggen dat
ze in deze kwestie medeverantwoordelijk
heid dragen voor een goed gezondheids
beleid.
Ten slotte nog een min of meer principiële
vraag. De gezondheid staat als zodanig
thans zo sterk in de belangstelling, dat
het bij vele leken overkomt als een gevoel
dat onze gezondheid meer dan ooit en in
ernstiger mate dan ooit wordt bedreigd.
Is dit beeld niet veel te somber?
Dat de gezondheid meer dan vroeger
- en op andere vlakken wellicht - wordt
bedreigd, geloof ik ook wel. De welvaart
draagt hier ook toe bij. Veel mensen plaat
sen het hebben van een zekere welvaart
te centraal en kunnen daarvan de reke
ning gepresenteerd krijgen. Om nu echter
te zeggen dat dit onoplosbare problemen
zijn, waarbij een bepaalde fatalistische
houding van de mensen op hun plaats zou
zijn, kan ik niet bevestigen. Ik vind het ook
niet juist. Ik meen dat naarmate de in
zichten groeien, er meer greep kan komen
op maatschappelijke werkverhoudingen.
Ik geloof dus dat vanuit de hoek van de
gezondheidszorg de onderhavige proble
matiek niet onoplosbaar is. Ik zou in dit
verband nogmaals willen pleiten voor meer
preventief onderzoek. Het moet toch een
uitdaging zijn aan de gezondheidszorg als
een socioloog vaststelt dat ongeveer 1
van de 2 mensen op dit moment in een
ongezonde stress-situatie leeft. Dat zo'n
situatie veel ziekteverzuim meebrengt,
veel opnames in ziekenhuizen e.d., ligt
voor de hand. Maar het is dan wel mede
een taak van de gezondheidszorg om meer
invloed te krijgen op maatschappelijke en
sociale ontwikkelingen. En ik heb het stel
lige vertrouwen dat dit in de toekomst in
toenemende mate zal lukken.
Reden tot bezorgdheid bij veel mensen
zie ik wel, maar reden tot een sombere,
fatalistische houding niet. Juist met dit
onderzoek, om dicht bij huis te blijven,
wordt weer een duidelijke kans geboden.