24
objectfinanciering
deel en geheel
rij rochUtr««k» naar onze
Showroom
voor
nieuwe en
gebruikte
automobielen
de lage landen n.v
vraagd, bijvoorbeeld een tweede hypotheek, cessie vor
deringen e.d.
Wanneer het cliënten van een Rabobank betreft, wordt
daaromtrent overigens steeds vooraf overleg gepleegd.
Dit alles kan bij aanvragen, vooral die betreffende grotere
financieringen, om de hoek komen kijken, al zijn meestal
het ingevulde standaard-aanvraagformulier en de recente
jaarcijfers voldoende om de snelle beslissing te kunnen
nemen.
De twee in gebruik zijnde financieringsvormen, de huur
koop en de leasing, wijzen er al op, dat het gaat om object
financiering. Bij een P.L. bepaalt de debiteur zelf wat hij
met het geld wil doen, maar bij huurkoop en leasing staat
de bestemming vast. De financieringsmaatschappij is dan
ook direct of indirect bij de aankoop van het gefinancierde
betrokken.
Bij huurkoop is de gang van zaken, dat de financierings
maatschappij het door de cliënt gewenste object, bijvoor
beeld een auto, van de handelaar koopt. De cliënt krijgt
de auto in huurkoop, hij mag hem gebruiken, maar al staat
de factuur op naam van de cliënt, zolang hij niet volledig
betaald heeft, blijft de auto eigendom van de financierings
maatschappij.
De koper betaalt in maandelijkse termijnen een bedrag,
Zijn deze auto's voorwerp van objectfinanciering?
Zijn ze het geweest? Of zullen ze het (weer) worden?
dat bestaat uit de som van de koopprijs van de auto, de
financieringskosten van De Lage Landen (dat wil zeggen
de door deze berekende rente), de assurantiepremie over
het 1e jaar en de administratiekosten minus de aanbetaling,
die de cliënt bij de aankoop gedaan heeft (bijv. 25 van
de koopsom).
Het aantal termijnen varieert meestal van 6 tot 36 maanden,
maar ook langere looptijden van 48 tot 60 maandelijkse
termijnen komen in de produktieve sector voor.
Een en ander staat in verband met de economische af
schrijving van het object. Dit alles - en meer - staat over
zichtelijk in het koop- en huurkoopcontract, dat door De
Lage Landen, de cliënt en de handelaar ondertekend
wordt.
Bij een lease-overeenkomst - en daarbij doelen we op de
zgn. financial-leasing die De Lage Landen beoefent - zijn
de verhoudingen iets anders, niet zo zeer in economisch
opzicht als wel juridisch. De Lage Landen koopt het object,
zeg maar weer de auto, van de handelaar, maar verhuurt
het voor een bepaalde periode aan de cliënt. Deze laatste
is dus huurder van de auto. Hij moet maandelijks huur
termijnen betalen, ook wanneer hij de auto om welke
redenen dan ook niet kan gebruiken. Verder moet hij op
eigen rekening voor assurantie, onderhoud, e.d. zorgen.
Aan het einde van de huurtermijn heeft de huurder recht
op koop, voor een nader overeen te komen prijs.
De zakelijke zekerheid voor de financieringsmaatschappij
ligt dus in het object. Bij huurkoop wordt de cliënt pas
eigenaar van de auto wanneer alle termijnen voldaan zijn;
bij leasing is de maatschappij altijd verhuurder en dus
eigenaar.
Leasing is niet anders dan huur en verhuur onder een
aantal bijzondere bepalingen, maar is economisch gezien
een echte (bedrijfs-)financiering, omdat het gebruik van
het object geheel ter beschikking van de cliënt komt.
De Lage Landen werkt met de Rabobanken en andere
tussenpersonen. Het leeuwedeel van de produktie komt
echter van de Rabobanken.
Voor bedragen tot 15.000,- kan de Rabobank de aanvraag
zelf beoordelen, daarboven geschiedt de beoordeling
door De Lage Landen. In de meerderheid van de gevallen
geschiedt de acceptatie door de Rabobank, maar in ver
band met het grotere bedrag per transactie is het totaal