uit onze
historie
35
hilvarenbeek en oirschot
handel en wandel
xrr
Voor „buitenstaanders" lijkt de geschie
denis van plaatselijke banken niet erg
interessant. Het is ogenschijnlijk
„kleine historie, die hoogstens kan dienen
om mede te helpen een zekere sfeer te
tekenen die kan verschillen naar gelang
van landstreek en volksaard. Soms geven
verslagen of notulen een strikt -Zakelijk
beeld; soms en dan is Terugblikker erg
gelukkig daarmee, zijn ze gelardeerd met
humoristische opmerkingen en anecdotes.
Die plaatselijke banken zijn en dat moet
niet vergeten worden ontstaan, elk op
eigen wijze, door initiatieven van de plaat
selijke bevolking die in de beginjaren van
onze organisatie méér hun eigen karakter
had behouden dan nu, bij de reusachtige
nationale volksverhuizingen, mogelijk was.
Het ontstaan en de groei van een, dikwijls
zeer geïsoleerde, dorpsgemeenschap was
in hoge mate afhankelijk, evenals dit bij
planten en dieren het geval is, van de
„voedingsbodem" de achtergrond, de his
torie. „Geen enkel tijdperk kan zich ont
plooien zonder een innige band mét en
een bewust begrijpen van het verleden"
schrijft de archivaris van Noord-Kempen-
land W. Klaassen in een Gids voor Oir-
schot.
Het lijkt Terugblikker goed om, in zeer be
scheiden mate, de kennis van het verleden
uit te dragen in de hoop dat daardoor
waardering groeit voor wat eens was. Men
moet zich daarvan niet te veel voorstellen
uiteraard. Enkele feiten zullen alleen als
achtergrondinformatie moeten dienen
waardoor de „schilderij" nogal impressio
nistisch zal worden.
Zo wil Tb. u nu meenemen naar Oirschot
en Hilvarenbeek. Voor hem en zijn vrouw
is het contact met het „zuiden" steeds een
verkwikkende belevenis in het ontmoeten
van warme en spontane gastvrijheid want,
zegt Harriet Laurey in haar Sonnet voor
Brabant:
En nergens is het kinderlijk geluid
zo zuiver afgestemd op vogelzingen
en nergens komen de gewone dingen
zo openhartig voor zichzeive uit
Tb. stapt met u heel systeemloos van de
ene oude „heerlijckheit ende vreyheit"
naar de andere, het ene jaar in en het
andere jaar uit. We worden daarbij uit
muntend geholpen door de eerderge
noemde Gids voor Oirschot en door het
boekje Geschiedenis van Hilvarenbeek tot
1813 door Dr. P. C. de Brouwer.
Oirschot en Hilvarenbeek, belangrijk,
springlevend en welvarend, gelegen in een
landstreek met een heel eigen intieme
schoonheid, waar nog stilte te vinden is.
Beide plaatsen hebben een eeuwenlange
geschiedenis die in vele opzichten paral
lel loopt. Beide oer-kempische dorpen be
zitten een grote oude kerk die dikwijls
afbrandde of werd verwoest en even dik
wijls weer werd opgebouwd met bewonde
renswaardige moed en offergezindheid.
Er gaat een verhaal dat Boxtel en Oirschot
wedijverden om de hoogste kerk totdat in
1904 de Oirschotse toren instortte en Box
tel dus gewonnen had. Nog in 1944 ver
woestte een enorme brand gevolg van
oorlogshandelingen de kerk van Oir
schot, waarin onvervangbare schatten zo
als de beroemde koorbanken.
Vele plaatsen in ons land hebben een
„Vrijthof". Oorspronkelijk soms gerechts
plaats met vierschaar, soms vluchtplaats
voor vervolgden en vredehof. Hilvarenbeek
heeft zo'n plein maar in Oirschot staat op
de Vrijthof het 12e eeuwse tufstenen kerk
je (thans Nederlands Hervormde Kerk) dat
waarschijnlijk de eerste stenen parochie
kerk in Brabant was.
Oirschot was al vroeg het „grootste en
mooiste dorp van de Kempen" dat in de
Gelderse Oorlog 1300 gewapende mannen
kon „leveren" aan de Hertog van Brabant
en waar ten tijde van Karei de Grote een
bloeiende christelijke gemeenschap was.
Een dorp, beroemd om zijn rechtspraak,
nü nog trots op het „Eer Eindhoven was,
was Oirschot!" maar in die zelfde tijd
groeide Hilvarenbeek uit tot een „voor
naam dorp".
Rampen en epidemieën, branden, plunde
ringen, rooftochten door vriend en vijand,
oorlogen tegen Spanjaarden, Staatsen,
Geldersen en Fransen. De pest in 1557,
1587 en 1662; teveel ellende om op te
noemen of te kunnen bevatten en tóch
gingen de Kempische dorpen niet ten on
der.
De handel op en met de vijand verzoette
wel veel narigheid door het welluidend ge-
-vX*« ^.£ïrr;
Hilvarenbeek