25 mr. j. r. haverkamp van afstoten naar aantrekken zijn - die als het ware „geruisloos" geschieden, maar zelfs dan zal het voor vele medewerkers een ingrijpende gebeur tenis zijn. Want het blijft voor ieder mens een opgave om met andere collega's samen te werken, een andere functie uit te oefe nen, een andere chef of ondergeschikte te krijgen; kortom zich aan andere verhoudingen aan te passen. Hoe goed men zich met enthousiasme daaraan wil wijden, het vergt vaak meer inspanning dan men denkt. Fusie is een nieuw begin, maar ook een breuk met vroeger, die toch door ieder moet worden overbrugd. Voor de beheerders van de plaatselijke banken geldt dat natuurlijk ook. Maar anders dan hun werknemers, ligt voor hen het zwaartepunt meer bij de overwegingen, die aan de fusie voorafgaan. Moet mijn bank fusie aangaan en zo ja waarop moeten wij letten? Daar komen zakelijke overwegingen bij te pas, maar ook andere. De eerste zijn eigenlijk het gemakkelijkst; men kan er rustig met elkaar over praten en de standpunten af wegen. Het bovengenoemd jaaroverzicht noemt ook een aantal andere redenen, die op lokaal niveau fusie soms moeilijk maken. Meestal is zo'n reden terug te voeren op persoonlijke achtergronden van de bij een plaatselijke situatie betrokken mensen. Zo komt het voor - niet vaak maar toch een enkele maal - dat vanouds her gegroeide tegenstellingen op politiek en/of religieus gebied een fusie-overleg belemmeren. Ook kun nen karakterverschillen tussen de betrokken beheerders of directeuren de zaak moeilijk maken. Af en toe merk je, dat een kleine bank beducht is voor een grotere, omdat ze vreest voor het verdwijnen van haar invloed na de fusie. Toch gaat het met die lokale fusies goed. De in 1973 tot stand gekomen gevallen en het aantal, dat reeds in voor bereiding is, tonen dat aan. Ook daar mag men blij om zijn, maar toch vergeten we niet, dat iedere fusie een ingrijpend voorval is, dat van iedere betrokkene aanpassing vergt, van sommigen zelfs zelfoverwinning. Alle zakelijke mo tieven voor fusie, die we fraai op een rijtje kunnen zetten en die we stuk voor stuk logisch kunnen onderschrijven, veranderen daar niets aan. Fusie heeft een menselijke kant, die we vaak moeilijk precies kunnen aanduiden, om dat we er niet mee te koop plegen te lopen, maar die wel degelijk meespeelt! Gelukkig wordt met die menselijke kant ook zoveel moge lijk rekening gehouden. Niemand zou dat ook anders wil len, noch bij de Centrale Bank noch bij de lokale banken. Anders zouden we ook nooit op een goede, aanvaardbare wijze met onze fusies klaargekomen zijn. Dat wil echter niet zeggen, dat ieder, die zo'n fusie-operatie heeft onder gaan, daarmee nu ook voor direct zelf volledig mee in het reine is. De ervaring wijst uit, dat daarvoor vaak meer tijd nodig is. Samengaan, dat was de term waarmee we in het groene boekje indertijd onze plannen aankondigden. Het is er van gekomen, dat is waar. Je kunt er terecht een mooi verhaal van maken. Maar aan de andere kant hebben we stuk voor stuk in de gaten gekregen dat fusie toch wel iets anders

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1974 | | pagina 27