waar
gewerkt
wordt
30
mr. c. j. b. ebeling
Het gezegde 'waar gewerkt wordt, wor
den fouten gemaakt', wordt vaak gehan
teerd als verontschuldiging wanneer blijkt,
dat bepaalde werkzaamheden die men
voor een ander heeft moeten verrichten,
niet dat resultaat hebben opgeleverd dat
die ander mocht verwachten.
Wanneer de andere partij, doordrongen
van de menselijke tekortkomingen daar
mee genoegen neemt, is met dit echt
Nederlandse gezegde het probleem opge
lost en kan volstaan worden met een ex
cuus.
Anders ligt het wanneer de wederpartij
meent de prestatie van zijn contractpart
ner meer met juridische dan met spreek
woordelijke maatstaven te moeten meten.
Gaat hij, populair gezegd, op de juridi
sche toer dan zal er meer op tafel ge
bracht moeten worden dan een fraai ex
cuus, wil men voorkomen dat een claim
tot schadevergoeding zal worden inge
diend.
Aangezien ook banken deelnemen aan het
maatschappelijk verkeer en ook bank
employés niet gevrijwaard zijn van het
maken van vergissingen of fouten, is het
goed eens na te gaan welke gevolgen
aan deze vergissingen of fouten verbon
den kunnen zijn en welke voorzieningen
te treffen zijn tegen schade die daaruit
voor de bank kan voortvloeien.
Teneinde te voorkomen dat het geheél te
juridisch wordt, zouden wij daarbij uit wil
len gaan van het volgende voorbeeld.
Wanneer een cliënt aan zijn bank opdracht
geeft tot betaling van een nota wegens
geleverde goederen en de bank voert deze
opdracht niet uit, dan zullen de aan het
uitblijven van de betaling verbonden gevol
gen afhankelijk zijn van de afspraken die
die cliënt met de leverancier van de goe
deren destijds heeft gemaakt. Is deze le
verancier bereid genoegen te nemen met
een latere betaling zonder meer, dan blij
ven de gevolgen van deze fout voor de
bank beperkt tot een verontschuldiging
aan de cliënt voor het niet uitvoeren van
de opdracht.
Verspeelt de cliënt echter door te late be
taling een korting op zijn koopsom of
wordt hij door zijn leverancier aansprake
lijk gesteld omdat deze kan aantonen dat
hij schade heeft geleden ten gevolge van
het uitblijven van de betaling, dan kan de
bank voor deze schade aangesproken
worden.
Wil dit aanspreken met succes plaats
hebben dan zal ondermeer vereist zijn dat
er een oorzakelijk verband bestaat tussen
de door de bank gepleegde wanprestatie
en de door de cliënt geleden schade, ter
wijl bovendien de omvang van de schade
op het moment van het aangaan van de
overeenkomst voorzienbaar moet zijn ge
weest.
In het kader van dit artikel zal verder niet
ingegaan worden op alle voorwaarden
waaraan voldoen moet zijn wil de bank tot
vergoeding van de hiervoor bedoelde
schade aangesproken kunnen worden. In
de loop der jaren is in een uitvoerige
jurisprudentie het gehele leerstuk van de
wanprestatie steeds verder uitgewerkt en
verfijnd. Van geval tot geval zal dan ook
beoordeeld moeten worden, zulks aan de
hand van de bestaande uitspraken, of en
in hoeverre van schadevergoeding sprake
zal moeten zijn.
Het niet of niet op tijd uitvoeren van op
drachten door een bank zal steeds het
gevolg zijn van handelingen of het na
laten van handelingen door personeels
leden van de bank. Voor de verrichtingen
van haar personeelsleden binnen de kring
van hun werkzaamheden, zal de bank ver
antwoording dienen te dragen.
De gevolgen van een te late uitvoering
van een betalingsopdracht als hiervoor
bedoeld of het verstrekken van een on
juiste informatie komen voor rekening van
de bank.
Wanneer het optreden van het personeels
lid bovendien aangemerkt moet worden
als een onrechtmatige daad, bijvoorbeeld
omdat het behandelende personeelslid on
voldoende rekening heeft gehouden met
de belangen van de cliënt, dan kan de
bank als werkgeefster rechtstreeks door
de benadeelde worden aangesproken. De
wet bepaalt immers dat de werkgever aan
sprakelijk gesteld kan worden voor schade
die voortvloeit uit onrechtmatige gedra
gingen van zijn werknemers, zonder dat er
van schuld van de werkgever zelf sprake
behoeft te zijn. Een benadeelde die de
keuze heeft tussen het aanspreken van
een bank of een werknemer van die bank
zal, ongeacht de goede primaire en secun
daire arbeidsvoorwaarden die voor de me
dewerkers van de bank gelden, toch zijn
keus op het aansprakelijk stellen van de
bank laten vallen.
Voor al die gevallen waarin derden de
bank kunnen aanspreken voor een schade
vergoeding, is het gewenst dat een voor
ziening getroffen is ten laste waarvan de
eventueel betaalde vergoeding gebracht
kan worden.
In de nieuwe Onderlinge Waarborgmaat
schappij Rabobanken is hierin voorzien.
In een afzonderlijk polisreglement wordt
daarin verzekerd de schade welke voor
een aangesloten bank kan voortvloeien uit
het feit dat zij krachtens een vonnis van
de rechter tot schadevergoeding wordt
verplicht. De voor uitkering in aanmerking
te brengen schade zal betrekking moeten
hebben op vergissingen, onachtzaamheden,
nalatigheden of verzuimen met betrekking
tot de behandeling, bewaring of verwer
king van aan de bank toevertrouwde zaken
of opdrachten, waarvoor de bank aanspra
kelijk is. In plaats van een rechterlijke uit
spraak zal, met goedkeuring van de Waar
borgmaatschappij ook een schikking met
de wederpartij getroffen kunnen worden.
Heeft een uitsluiting van de aansprakelijk
heid door de bank plaatsgevonden, bijvoor
beeld door de algemene bankvoorwaarden
of bij een afzonderlijke regeling en zou de
bank uit een oogpunt van good-will toch
tot een bepaalde vergoeding willen over
gaan, dan zal deze uitkering niet onder
deze verzekering gebracht kunnen worden,
omdat hier van een aansprakelijkheid van
de bank geen sprake is.
Deze verzekering zal voor alle aangeslo
ten banken met ingang van 1 januari 1974
in werking treden, gelijktijdig met het gaan
functioneren van de vernieuwde Waarborg
maatschappij waarvan de statuten in de
algemene vergadering van 1973 zijn aan
genomen en de polisreglementen behan
deld zijn in de najaars Centrale Kringver
gadering.
De dekking van deze verzekering is be
perkt tot schade die in de uitoefening van
het bankbedrijf zoals de aangesloten ban
ken dit kennen, aan derden wordt toe-