naaldwijk
een paar apart
Dat vormen de twee directeuren
van de nieuwe Rabobank in
Naaldwijk. Niet omdat ze zo goed
met elkaar kunnen opschieten,
ook niet omdat de één van een
Boerenleenbank komt en de ander
van een Raiffeisenbank, en zelfs
niet omdat de één een vrouw en de
ander een man is. Dat zijn immers
allemaal dingen, die óf voor een
directieteam noodzakelijk zijn
óf door goede aanvulling van de
één op de ander het teamwerk
bevorderen.
Het aparte lig voor ons in de heel
verschillende vroegere levensloop
van deze beide directeuren.
Mej. Krook is een geboren en
getogen Naaldwijkse, van wie
zonder overdrijving gezegd mag
worden, dat zij van de wieg af aan
met de Boerenleenbank is op
gegroeid. Ze is er haar hele leven
mee verbonden geweest, Haar
vader, meester Q. Krook, werd in
1902 de eerste kassier en admini
strateur van de pas geboren
Boerenleenbank. Hij was, zo staat
het in een gedenkboekje bij het
70-jarig bestaan van de bank, een
van de weinige geletterde mensen
uit die tijd in de gemeente.
Onze mej. Krook is een dochter
van die vader, maar zij is sinds
1966 levens de opvolgster van haar
broer en haar zuster, die het
directeurschap respectievelijk 26
en 12 jaar vervuld hebben.
Deze vierde Krook heeft nu de
fusie voor de Boerenleenbank
ingeleid en begeleid. Intelligent en
charmant heeft zij de wending in
de geschiedenis van 'haar' bank
bewust meebewerkt en die voor
zich zelf weten te verwerken, omdat
zij van huis uit oog voor de toe
komst bezit. Een directielid met
zulke eigenschappen is voor een
bank van enorme waarde!
Bij de heer Uittenbroek treffen we
een heel andere levensloop.
Hij is eigenlijk een 'homo novus' op
de directiestoel van een bank.
Pas 2 jaar geleden werd hij in
Naaldwijk benoemd. Zijn vroegere
functies lagen zelfs buiten de
bankwereld, want hij was laatstelijk
vier jaar lang hoofd van de
afdeling Duphar (Philips) voor
België en Luxemburg en woonde
in België. De heer Uittenbroek
brengt dus een heel andere schat
aan ervaring mee, nl. van buiten
onze organisatie verworven kennis
en inzichten, die hij met enthou
siasme aan de nieuwe bank
dienstbaar wil maken. Hij zegt zelf
wel: 'ik ben eigenlijk geen typische
bankman, meer een manager',
maar de heer Uittenbroek is er
naar ons gevoel toch maar in
geslaagd in korte tijd een echte
Rabobankman te worden!
En is dat zo verwonderlijk, als je
hoort dat de heer Uittenbroek
geboren is in Bleiswijk, tot 19 jaar
bij boer en tuinder werkte als
knecht, en daarna vóór zijn Philips-
loopbaan o.a. als plantenziekten-
specialist jarenlang nauw bij land
en tuinbouw betrokken is geweest?
Hij heeft geen moeite gehad zich
met zijn eigen inbreng bij onze
bank thuis te voelen.
De nieuwe Rabobank in Naaldwijk
heeft het met haar twee directeuren
goed getroffen. Hier zal zich het
gevaar van eenzijdigheid niet
gauw voordoen. Vooral niet omdat
de beide directeuren uitstekend
met elkaar overweg kunnen,
elkaar respecteren en weten, dat
ieder zijn eigen kennis en ervaring
heeft.