5 schatten economische koopkracht vormen, maar, zo constateert de studiegroep, het bankwezen in het algemeen, dus niet al leen de coöperatieve banken, heeft zich tot nu toe betrekkelijk weinig aan de jeugd gelegen laten liggen. Kortom, onze banken moeten de jeugd juist in zijn eigensoortige financiële problemen en probleempjes gaan opvangen en er voor zorgen, dat die problemen goed bezien worden. De studiegroep heeft moeten constateren, dat de indruk die de jonge mensen van de coöperatieve banken hebben, niet al te best is. Wij hebben goede hoop, dat onze eigen organisatie daarop toch wel een goede uitzondering vormt, want de ver melde redenen voor die slechte indruk klinken ons, wat Nedeland betreft, niet erg overtuigend in de oren. Dit neemt echter niet weg, dat ook wij met de studiegroep overtuigd zijn van de noodzaak en de plicht om veel meer dan tot nu toe ge beurd is, de aandacht op de jeugd te richten. Daarbij moeten wij eigenlijk gelijktijdig twee dingen doen. Het ene is ons inleven in de gedachtenwereld van de jonge men sen, nagaan wat zij van de bank verlangen en waar mogelijk als bank aan die verlan gens tegemoet komen. De studiegroep heeft, in deze richting werkend, bijvoor beeld bevonden dat de jeugdigen bij voor keur sparen voor een eigen woning, reizen en vrije tijd, meubels en een auto. Het tweede is voor de toekomst van onze ban ken van nog groter belang: de coöperatie open stellen voor jeugdige mensen en ons er voor inspannen dat deze zo spoedig mogelijk als bewuste leden willen toe treden. Terecht legt de studiegroep daar veel nadruk op. Zij wenst dat jongeren als vrijwillig lid worden opgeno men, zodat zij daardoor de mogelijkheid krijgen deel te nemen aan het gebeuren in de coöperatieve banken. De democratische inspraak, die bij de coöperatieve banken vanouds bekend is, zal de huidige jongere generatie aanspreken. Men geve hen daar om de kans de vorm van zelfbestuur en verantwoordelijkheid te leren kennen - en niet te vergeten - ook uit te oefenen. Inderdaad, wij hebben de gereedschappen, waar de jeugd graag mee werkt. Laten we die dan ook uitdrukkelijk binnen haar be reik brengen! Wij mogen verwachten dat in de loop van de tweede helft van dit jaar de herstruc turering van de Centrale Bank, althans op papier, klaar is. Het zal dan nog veel aan dacht van velen, die leiding geven in het apparaat van de Centrale Bank, vragen om deze herstructurering verder door te voeren in die zin dat ieder zich in zijn functie thuis voelt en daarin met de no dige animo - motivatie is het moderne woord - werkt. Wanneer wij zover zijn is er ook alle aan leiding om met andere taken in het be lang van de organisatie te beginnen. Ik denk daarbij ook aan pogingen om de ont wikkeling in het bankwezen in de komende tijden te voorzien en de bedrijfsvoering in onze organisatie daarbij aan te passen. Dit kan veel op velerlei gebied betekenen. Ik wil er hier niet op ingaan. Dit geeft wel aanleiding op te merken, dat van het begin af aan eraan is gedacht dat de kostenbewaking in het bedrijf van de Centrale Bank door een rigoureus budget teringssysteem aandacht moet hebben. Dit betekent ook dat op de kostentoereke ning, ook in het bedrijf van de Centrale Bank, sterker moet worden gelet. Dat heeft nog een ander voordeel. De kos ten van de Centrale Bank zijn in het ver leden voor een belangrijk deel niet direct aan de lokale banken in rekening ge bracht doordat de rentevergoeding ge schiedde na aftrek van de kosten. Nu al verscheidene jaren is dit wat globale systeem van kostenberekening verzacht door directe kostentoerekening, waarbij ik in het bijzonder aan de kosten van de automatisering denk. Mijn collegae en ik menen dat wij hierin voort moeten gaan en dat de gedachten, die ten aanzien van de kostenbewaking en de kostentoereke ning bij de Centrale Bank leven, hiertoe de sleutel bieden. Het is in het begin van het fusiegebeuren al uitgesproken, dat wij veel sterker moeten gaan in de richting van directe kostentoerekening aan die lo kale banken, die de kosten veroorzaken. In de periode van herstructurering van het bedrijf van de Centrale Bank was er on voldoende gelegenheid om daarmede te beginnen. Dit wordt nu hoog tijd omdat de aangesloten banken in verschillende mate kosten bij de Centrale Bank veroorzaken en ook in uiteenlopende mate rentegeven- de deposito's bij de Centrale Bank hebben. Een zo verregaand mogelijke directe kos tentoerekening van de Centrale Bank aan de lokale banken zal daarom de zakelijke verhoudingen tussen de Centrale Bank en de aangesloten banken, maar ook tussen de plaatselijke banken onderling, nog zui verder maken. Deze zal dan een weerslag moeten hebben in de algemene rente vergoeding van de Centrale Bank. Ik roer dit onderwerp aan, omdat de lei ding van de Centrale Bank van de nood zaak van deze ontwikkeling doordrongen is. Wij hebben de laatste jaren veel aan gepakt en daarom moet ik erop wijzen dat nog steeds geldt, dat Keulen en Aken niet op één dag gebouwd zijn en ook niet konden worden. Met deze zegswijze voor ogen moge men zich ervan overtuigd houden, dat het hier vermelde vraagstuk nu snel de aandacht van de deskundigen zal krijgen. A. J. Verhage

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1973 | | pagina 7