het „eigen gezicht"
van de rabobank
17
h. I. vroege
In het voorjaar van 1972 werd onder de
aangesloten banken een enquête gehou
den over de naam van de toekomstige
nieuwe organisatie van coöperatieve ban
ken.
Deze enquête, waaraan overigens slechts
door 455 banken werd deelgenomen, be
vestigde een stilaan gegroeide mening: er
bleek nauwelijks behoefte aan een nieuwe
naam. In 90 °/o van de terugontvangen
enquête-formulieren was te lezen, dat
men het oude en vertrouwde, dat zich in
driekwarteeuw gevestigd en gehandhaafd
had, niet zonder meer terzijde wilde leg
gen. Raiffeisenbanken en Boerenleenban
ken werden verenigd in een nieuwe orga
nisatie: de Coöperatieve Centrale Raiffei-
sen-Boerenleenbank G.A.
Het willen handhaven van oude en ver
trouwde namen behoeft geen uiting te zijn
van conservatisme. Men moet zich echter
wel realiseren, dat in deze tijd met zijn
vele communicatiemogelijkheden, een
naam kort moet zijn, goed in het gehoor
moet liggen en gemakkelijk moet zijn uit
te spreken.
Dat deze drie criteria van toepassing wa
ren op de statutaire naam van de nieuwe
organisatie kan niet worden gezegd.
Het was vanzelfsprekend, dat gedacht
moest worden aan een afkorting, die de
genoemde eigenschappen in zich verenig
de. Nu kan zo'n afkorting of zo men wil
roepnaam op verschillende manieren tot
stand worden gebracht. Men kan een
prijsvraag uitschrijven; men kan binnen
de organisatie aan het denken gaan en
men kan een volkomen onafhankelijke,
onbevooroordeelde, maar wel zeer des
kundige groep de opdracht geven tot een
verantwoorde afkorting te komen.
Dit laatste is gebeurd bij het tot stand
komen van de nieuwe roepnaam van onze
organisatie. Buiten, maar ook in de orga
nisatie is de mening verkondigd, dat de
naam Rabobank bepaald niet beschouwd
kon worden als een zeer originele vondst.
Degenen, die deze mening naar voren
Bijkantoor: Rabobank Rotterdam-Capelle
brachten, zijn voorbijgegaan aan het feit,
dat de groep deskundigen niet de opdracht
had zo origineel mogelijk te zijn, maar een
roepnaam moest vaststellen, die aan be
paalde (zie bovengenoemde) eisen vol
deed.
Het aanvaarden van de naam Rabobank
hield tevens in, dat een uniforme schrijf
wijze gezocht moest worden, opdat, waar
men de naam ook zou zien, dat steeds in
dezelfde uitvoering zou zijn. De Rabobank
moest een „eigen gezicht" krijgen; er
moest een „house-style" gecreëerd worden.
Het vaststellen van deze house-style werd
opgedragen aan Total Design B.V., een
bureau, dat op dit gebied op veel ervaring
kan bogen en voor verschillende grote
Nederlandse bedrijven opdrachten uit
voerde.
Total Design heeft zich in een betrekke
lijk korte tijd van zijn taak gekweten.
Men mene niet dat het ontwerpen van een
house-style een kwestie is van een verza
meling nijvere werkers, die haar ideeën in
onderlinge wedijver aan het papier toe
vertrouwt en dan maar afwacht aan welk
voorstel de opdrachtgever de voorkeur zal
geven.
Het te ontwerpen woordbeeld moest zich
onderscheiden van dat van andere bank
instellingen, het moest gemakkelijk her
kenbaar zijn en het mocht niet „gedegen"
zijn, m.a.w. de bank voor iedereen moest
zijn vriendelijkheid behouden. Zonder
twijfel voldoet het nieuwe woordbeeld
aan deze eisen. Een daarop gericht onder
zoek in december vorig jaar gehouden
heeft dit bevestigd.
Men kan (en zal) er over discussiëren of
de uitvoering „mooi" is. Dit is en blijft een
kwestie van smaak. Ongetwijfeld zou het
voor Total Design mogelijk geweest zijn
voor elk van de bijna 1200 aangesloten
banken een aan ieders smaak aangepast
woordbeeld te ontwerpen. Dat was echter
niet de opdracht. De nieuwe bankorgani-
satie moest één eigen gezicht krijgen. Dit
eigen gezicht zal de omvang van die
organisatie alleen maar beklemtonen. Van
Maastricht tot Groningen; van Den Helder
tot Sas van Gent. Het zal geen afbreuk
doen aan de belangrijkheid van de plaat
selijke bank. Het tegendeel zal blijken.
Zonder te behoeven spreken van een bank-
reus zal het een ieder - en vooral de
relaties - overtuigen van de kracht van
deze coöperatie, die uitgroeide tot de
grootste bankinstelling in Nederland.
Daarom zullen afwijkingen in het woor-
beeld altijd te betreuren zijn. Het was niet
om een „show" te geven dat tijdens de
Kringvergaderingen in januari jl. zo'n uit
gebreide presentatie werd gegeven. Het
was om alle aangesloten banken volledig
te informeren waarom en hoe het woord
beeld tot stand kwam.
Nu, na een betrekkelijk korte aanlooppe
riode, blijkt wel dat het overgrote deel
van de aangesloten banken de nieuwe
roepnaam gebruikt en zich ook bij de
presentatie naar buiten van deze naam
wenst te bedienen. Ook blijkt, dat men
serieus wil meewerken om het „eigen
gezicht" te handhaven.
Dat sterkt ons in de overtuiging, dat de
aangesloten banken het belang hebben
ingezien van dat eigen gezicht en een
unieke gelegenheid aangrijpen om zich
landelijk gelijk te presenteren; met be
houd van het voor de eigen plaats verwor
ven eigen karakter.