in het teken
van de dialoog
34
de eerste centrale kringvergadering
Op 21 maart troffen de nieuw benoemde leden van de
Centrale Kringvergadering elkaar voor het eerst bijeen in
het voor dit doel ingerichte ruime personeelsrestaurant
van ons hoofdkantoor in Eindhoven. Een groot gezel
schap was daar aanwezig, want de vergadering wordt
niet alleen bijgewoond door zo'n 134 leden, maar ook
door de Raad van Toezicht, de Raad van Beheer en de
Hoofddirectie van de Centrale Bank, terwijl ook verschil
lende medewerkers van de Centrale Bank tegenwoordig
zijn.
Voor velen zal het even een vreemde gewaarwording
geweest zijn, maar van aarzeling of onwennigheid viel
toch eigenlijk niets te merken. De benevolente leiding van
de voorzitter, mr. Van Beekhoff, maakte de aanpassing erg
gemakkelijk.
Het was inderdaad een mooi voorbeeld van het samen
gaan, dat ons voor ogen stond.
De voorzitter had zich in zijn openingswoord afgevraagd
of de vroegere gescheidenheid zich nog zou openbaren.
Hij zou dat niet vreemd en ook niet zo erg vinden, want
- zo zei hij - we zullen wel wat tijd nodig hebben om
onze draai te vinden. Het is nog te vroeg om echt te
juichen, maar deze eerste keer heeft in ieder geval de
Centrale Kringvergadering goed gedraaid.
Het is wel een lange vergadering geworden, van 's
morgens half elf tot 's middags vijf. De agenda telde dan
ook liefst 22 punten. Het verslag zal straks heel wat
pagina's tellen! Wij bepalen ons op deze ene bladzijde
daarom maar tot het geven van enkele indrukken, die de
vergadering op ons achter gelaten heeft.
Allereerst viel op, dat de beide taken van de Centrale
Kringvergadering, adviseren en overleggen, volop tot hun
recht kwamen. In de praktijk kan men die taken natuurlijk
niet precies scheiden, maar de agenda vermeldde toch
vier keer uitdrukkelijk het adviseren over een onderwerp.
Daaronder vielen o.a. de jaarstukken 1972 en de verkie
zing van leden van de organen van de Centrale Bank en
gelieerde instellingen. De dialoog met de Raad van
Beheer en de Hoofddirectie is in ieder geval goed op
gang gekomen. De voorzitter had tevoren gezegd: de
discussie mag best scherp zijn, de vonken mogen er
desnoods afvliegen, maar laat er altijd een ondertoon van
vertrouwen zijn. Vonken waren er deze eerste keer niet,
het was een rustig samen overleggen, waarbij wel