17 STRUCTUUR DER C.C.R.B. de topstructuur van de centrale bank FUNCTIES GERICHT OP DE MENS IN DE ORGANISATIE ONDERSTEUNING VAN EN TOEZICHT OP AANGESLOTEN BANKEN COÖRDINATIE, BELEIDSONTWIKKELING CONTROLE BIJSTURING INFORMATIE VERWERKING - ONTWIKKELING VERSCHAFFING BEHEER VAN DE AAN DE C.B. TOEVERTROUW DE MIDDELEN CENTRALE UITVOE RING VAN BANCAIRE WERKZAAMHEDEN verdeling van de werkgebieden in directo raten en stafgroepen is weergegeven. De directoraten zijn uitvoerende of lijn- eenheden, terwijl de stafgroepen meer ondersteunende en in de beleidssfeer lig gende taken hebben. Een wezenlijk aspect van deze structuur is, dat ieder van de vijf hoofddirecteuren die met de leiding van een werkgebied belast is, direct verantwoordelijk is voorde coördinatie tussen de activiteiten van zijn stafgroepen en zijn directoraten. De moti vering hiervoor wordt gevonden in het feit, dat de stafgroepen de belangrijkste bronnen van vernieuwing en ontwikkeling binnen de Centrale Bank vormen. De WERKGEBIED AANGESLOTEN BANKEN WERKGEBIED ALGEMENE EN JUR. ZAKEN WERKGEBIED CENTR ADMIN STAFGROEP SYSTEMEN EN ADMINISTR ORGANISATIE WERKGEBIED CENTRALE BANKZAKEN JURIDISCHE ADVISEURS DIRECTORAAT BEDRIJVEN STAFGROEP BEDRIJFS ORGANISATIE EN EFFICIENCY STAFGROEP COMMERCIËLE ONTWIKKELING DIRECTORAAT PERSONEEL DIRECTORAAT CONTROLE STAFGROEP BELEIDS ONTWIKKELING PERSONEEL SOCIALE ZAKEN STAFGROEP INFORMATIE STAFGROEP INFORMATIE CENTRUM A.B. STAFGROEP CENTRUM DIRECTORAAT CENTRALE MIDDELEN DIRECTORAAT BEGELEIDING AANGESL. BANKEN CONTACTEN AANGESLOTEN BANKEN CREDIETEN DIRECTORAAT STAFGROEP JURIDISCHE ZAKEN HOOFDDIRECTIE Deze vijfde functie omvat ook de beleids voorbereiding binnen de Centrale Bank, alsmede de controle op de uitvoering van dit beleid en de eventuele bijsturing van dit beleid. De verantwoordelijkheid dient voor ieder van deze vijf organisatorische eenheden op het hoogste niveau van de Centrale Bank te liggen. Bij de verdere structurering van de hier voor genoemde organisatorische eenheden is uitgegaan van een aantal organisatie principes zoals éénhoofdige verantwoor delijkheid, een duidelijk onderscheid tus sen lijn- en stafeenheden, tussen hiërar chische en functionele bevoegdheden, en tussen beleidsontwikkelings- en uitvoeren de activiteiten. Aangezien dit artikel echter beoogt de hoofdlijnen van de structuur van de Cen trale Bank toe te lichten, zal moeten worden afgezien van een toelichting op verdere details van de organisatiestruc tuur, en van een beschouwing van de structuur vóór en na de fusie. Uit het voorgaande blijkt, dat de functies van de Centrale Bank in vijf onderling samenhangende groeperingen en derhalve in vijf organisatorische eenheden onder te brengen zijn. Het bovenste schema geeft een en ander weer. Voor ieder van de bovenstaande vijf orga nisatorische eenheden, werkgebieden te noemen, dient één Hoofddirectielid ver antwoordelijk te zijn. Het lid van de Hoofddirectie dat verant woordelijk is voor de ondersteuning van de aangesloten banken wordt bijgestaan door twee Hoofddirecteuren, aan wie hij speciale taken binnen zijn werkgebied heeft opgedragen. De voorzitter van de Hoofddirectie is ver antwoordelijk voor de coördinatie van de hoofddirectietaken en voor de uiteindelij ke beleidsontwikkeling, -controle en -bij sturing. Daaronder is een verdere uitwerking van de structuur afgebeeld, waarin de onder- genoemde hoofddirecteuren dienen erop toe te zien, dat de binnen de stafgroepen ontwikkelde ideeën afgestemd zijn op de behoeften en de mogelijkheden van deze directoraten en dat deze ook werkelijk worden toegepast binnen deze directo raten. Ten slotte is ernaar gestreefd om door een marktgerichte structuur binnen het werk gebied „aangesloten banken" te stimule ren, dat de behoeften van de verschillende markten van de Rabobanken bepalend zullen worden voor de specifieke dien stenpakketten, die deze banken op deze markten zullen gaan aanbieden. Indien deze organisatiestructuur ertoe zal bijdragen, dat de Rabobanken een duide lijk antwoord zullen kunnen geven op de in de aanvang van dit artikel genoemde uitdagingen, dan zal zij in belangrijke mate aan haar doel beantwoord hebben. Hiernaast stelt deze organisatiestructuur de organisatie ertoe in staat om een aantal voordelen die met de fusie der Raiffeisen- en Boerenleenbanken zijn beoogd, te rea liseren.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1973 | | pagina 19