verscheidenheid
rabobanken
hebben op de gang van zaken in de
coöperatie. De eerste categorie heeft be
lang bij de hoogte van het dividend,
terwijl de leden belang hebben bij een zo
hoog mogelijke uitbetalingsprijs of een zo
laag mogelijk aankoopprijs, eventueel ook
belang bij reservering. Eén van de we
zenskenmerken van de coöperatie is dat
deze door de leden of de vertegenwoordi
gers daarvan wordt bestuurd. Wanneer de
verschaffers van risicodragend kapitaal
niet weten, dat hun belangen voldoende
behartigd zijn, wordt het aantrekken van
risicodragend vermogen van derden wel
moeilijk gemaakt. (V)
De Werkgroep Van der Grinten heeft, dit
probleem onderkennend, hiervoor een op
lossing aangegeven. De rechten van de
leden, die een lidmaatschapsbewijs ver
werven, zijn vastgelegd; alleen de leden
bezitten stemrecht. De verschaffers van
risicodragend vermogen, of het nu oud-
leden zijn of derden, hebben geen stem
recht. Hun rechten zijn uitgedrukt in
participatiebewijzen. (V)
In elk geval wordt aan één van de we
zenskenmerken van de coöperatie, name
lijk dat zij wordt bestuurd door haar
leden en de vertegenwoordigers daarvan,
geen afbreuk gedaan. (V)
autonoom terzake van de bestemming van
de hen toevertrouwde middelen en de
daarmee te verrichten uitzettingen, dit
voor zover zij daarbij niet zijn geboden
aan, voor alle banken uniform geldende,
voorschriften van de centrale. Binnen de
ze grenzen hebben de lokale coöperaties
alle ruimte om hun primaire doelstelling,
namelijk de belangen van de lokale ge
meenschap te dienen, te verwezenlijken.
Op het totaalbeleid van de kredietorgani
satie, dus op de centrale, hebben de lokale
banken voldoende invloed. De nieuwe
structuur, die daarvoor is ontworpen biedt
daartoe ruimschoots gelegenheid. (M)
De verscheidenheid in organisatie van de
centrale coöperaties is groot, mede inge
geven door omstandigheden in de betrok
ken sector. Een algemene receptuur is
daarvoor niet te geven. Wel zal ook in een
organisatievorm van centrale coöperatie
met leden/verenigingen op het niveau van
de leden/verenigingen alle aandacht moe
ten worden geschonken aan het onder
houden van goede relaties met de leden/
natuurlijke personen. Deze blijven de basis
van de coöperatieve organisatie en het zijn
hun belangen die de coöperatie moet die
nen. (M)
De in december jl. voltooide fusie van de
beide Centrale Banken in de Coöperatieve
Centrale Raiffeisen-Boerenleenbank heeft
in beginsel geen verandering gebracht in
de positie van de leden/banken. Ongetwij
feld zijn fusies te verwachten tussen le
den/banken van de voormalige Coöpera
tieve Centrale Raiffeisenbank en de Coö
peratieve Centrale Boerenleenbank; ook
zal de tendens tot fusie tussen lokale
banken, waar daartoe aanleiding is - ook
buiten de fusie van de beide centrales -
zich voortzetten. Ik schat dat er in de
toekomst van het huidige aantal van 1.200
banken er ongeveer 900 a 1.000 zullen
overblijven. (M)
De sector met het grootste aantal autono
me coöperaties is het coöperatieve krediet
wezen. Daar is, ondanks de centralisatie
van een groot deel van het beleid in één
centrale, nog altijd sprake van een grote
mate van lokale autonomie. De jongste
fusie van de beide centrale banken in één
centrale bank heeft in deze relatie lokale
banken/centrale op dit punt geen wezen
lijke verandering gebracht. (M)
De plaatselijke banken zijn met name