21 raad van toezicht leden - algemene vergadering - ledenraad Onze coöperaties zullen dus zakelijk en organisatorisch bij de tijd moeten blijven en waar mogelijk voorop moeten blijven lopen. In deze ontwikkeling zullen nieuwe vormen moeten worden gezocht voor het realiseren van inspraak en medezeggen schap der leden. Want dat er inspraak en medezeggenschap dient te zijn, is het uitgangspunt van de coöperatie. (M) In de land- en tuinbouw is schaalvergro ting en specialisatie een ontwikkeling die zal doorgaan. Dit brengt wijzigingen in het ledenbestand van de coöperaties. Hierdoor is het vraagstuk van prijsdiffe rentiatie naar de omvang van de levering, respectievelijk de afname dringender ge worden. De Commissie is zeer uitdrukke lijk tot het standpunt gekomen dat prijs differentiatie niet strijdig is met de coöpe ratieve gedachte. (V) Niettemin zijn er bij de coöperatie aan diversificatie engere grenzen gesteld dan bij niet-coöperatieve ondernemingen. Deze laatste kunnen onbegrensd diversificatie doorvoeren zolang hiermee het rendement van het in de onderneming geïnvesteerde kapitaal wordt verbeterd. Bij de coöpera tie zal een grens moeten worden gelegd daar, waar een verdere uitbreiding van investeringen resp. deelnemingen alleen nog maar ten doel zou hebben een bijdra ge te leveren tot het inkomen van boeren en tuinders, zonder dat daarbij nog van enige relatie met hun eigen bedrijf dan wel met dat van hun coöperatie sprake is. (M) Voorwaarde voor het goed functioneren van de coöperatie is dat het zakelijk en organisatorisch beleid vanuit één visie wordt vastgesteld. Dit houdt in dat het bestuur niet alleen formeel maar ook feitelijk de verantwoordelijkheid voor het totale gebeuren in de coöperatieve vereni ging dient te kunnen dragen. (M) Wanneer een bestuur of bepaalde be stuursleden zich erachter willen ver schuilen dat zij de verantwoordelijkheid voor het zakelijk beheer aan directeuren moeten overlaten, is er ook iets mis in het afleggen van verantwoording aan de le den. (V) De commissie heeft ook andere bestuurs vormen in haar beschouwingen betrok ken. Eén daarvan is die, waarbij leden/bestuur ders en professionele bestuurders één col lege vormen. Deze bestuursvorm treffen wij nogal eens in naburige landen aan. Het nadeel is dat een deskundige inbreng van professionele bestuursleden van te doorslaggevende betekenis zou kunnen worden in de besluitvorming. De professi onele bestuurders kunnen voor de moei lijkheid komen dat hun verantwoordelijk heid voor de besluitvorming en de zakelij ke uitvoering tegenstrijdig kan gaan wor den. Daarom is ook aandacht gegeven aan een andere bestuursvorm, waarbij de be voegdheden en de verantwoordelijkheden over twee organen zijn verdeeld. Deze twee organen zijn een college van, door en uit de leden gekozen bestuurders, die hier in niet hun volle dagtaak vinden en een college van alleen door de leden gekozen bestuurders, die ik met professionele be stuurders zou willen aanduiden. Wanneer een duidelijke en praktisch hanteerbare scheidslijn tussen de taken en de verant woordelijkheden van deze beide colleges kan worden gelegd en een nauwe samen werking tussen deze colleges kan worden verzekerd, heeft deze bestuursvorm naar de mening van de commissie belangrijke voordelen. leder van de colleges draagt dan een verantwoordelijkheid, ook tegenover de leden, voor een eigen taak. (V) Door de verantwoordelijkheid voor fiét beleid bij het bestuur te leggen wordt de taak van de directie van een coöperatie niet minder belangrijk. Integendeel, zij zal nauwkeurig de ontwikkeling in de onder neming en in de marktsituatie waarin deze werkt moeten volgen om op grond daarvan haar voorstellen aan het bestuur te doen. De directie is dus het belangrijk ste orgaan bij de beleidsvoorbereiding en - uiteraard - bij de uitvoering van door het bestuur genomen beslissingen. (M) Hoe het ook zij, ook wanneer een coöpera tie haar bedrijf in een naamloze vennoot schap of een besloten vennootschap uitoe fent, zal een intense communicatie tussen bestuurders en leden, in welke vorm ook, noodzakelijk zijn. (V) Welke bestuursvorm ook gekozen wordt: het is noodzakelijk dat wordt gezocht naar de beste bestuurders. Dit betekent dat de gedachten aan regionale vertegen woordiging in bestuurscolleges moeten worden opgegeven. Bovendien dient men aan bestuurders, ook aan die bestuurders die uit de leden zijn gekozen, een beloning toe te kennen voor de verantwoordelijk heid die zij moeten dragen. (V) Ik zou ten slotte enige aandacht willen geven aan de coöperaties die hun bedrijf in een naamloze vennootschap of een besloten vennootschap hebben onderge bracht. Hier kan men verschillende be stuursvormen kiezen. Het bestuur van een coöperatie kan ook bestuur van de naamloze vennootschap zijn, waardoor de directie in feite een college van procuratiehouders wordt. Goed denkbaar is ook dat het bestuur, aangevuld met enkele leden van de raad van toezicht, raad van commissarissen, en de directie van de coöperatie werkelijk directie van de naamloze vennootschap wordt. Een eerste voorwaarde is dat voor zorgen worden getroffen om de ledenin vloed ook op het beheer van de naamloze of besloten vennootschap te verzekeren en het is één van de redenen waarom ik persoonlijk de voorkeur geef aan het ge bruik van de rechtsvorm van de coöpera tieve vereniging, waar dat ook maar mo gelijk is. Op zichzelf is dit niet zo eenvou dig. (V) Het leden-element in de raad van toezicht moet daarom zo belangrijk worden geacht, omdat dit college als een schakel tussen de ledenvergadering en bestuur moet wor den gezien. Een financiële commissie kan misschien nog voldoende zijn bij een en kele kleine plaatselijke coöperatie - maar hoeveel zijn er daarvan nog? voor een grote coöperatieve onderneming moet zo'n orgaan absoluut ontoereikend worden ge noemd. De raad van toezicht dient ook een eigen inbreng te hebben in het beleid. Bij de grote coöperatieve onderneming staan vaak grote belangen op het spel en be paalde bestuursbeslissingen kunnen ver gaande consequenties hebben voor de le den. De raad van toezicht zou dan ook bij beslissingen van groot belang voor de onderneming moeten worden getrokken. (M) Om ledeninvloed op het beleid te verster ken is een raad van toezicht bijzonder gewenst. Naar mijn ervaring kan een raad van toezicht, wanneer hij zich beperkt tot de eigenlijke functie van toezicht houden - als ik het zo mag uitdrukken klankbord spelen bijzonder nuttig zijn. (V) Dat een grote coöperatie anders overkomt bij de leden hebben wij erkend toen wij spraken over het gevaar van vervreem ding tussen het lid en zijn coöperatie. De beslotenheid van de plaatselijke coöpe ratie accentueert dat de coöperatie een vereniging is van personen. Het lid verliest echter een deel van zijn identiteit in het

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Rabobank' | 1973 | | pagina 23