25
Pak en de beide districtsdirecteuren de
heren In der Maur en Peters Weem.
Onze personeelsleden hebben steeds zo
veel mogelijk van alles kennis gekregen.
De eerste vergadering van natuurlijk wel
„geheim", maar daarna is hetgeen voor
interne publicatie vatbaar was voortdu
rend vrij gegeven. Er is geen onrust onder
het personeel ontstaan.
Van het begin af aan is de afspraak
gemaakt, dat wij in ons promotiebeleid
rekening zouden houden met de toekom
stige fusie van de beide banken. Ons
uitgangspunt is al onmiddellijk na het
van Toezicht van de boerenleenbank. De
ze is met algemene stemmen gekozen.
Tegelijkertijd was het noodzakelijk
plaatsvervangende bestuursleden bij de
raiffeisenbank te kiezen. Er waren name
lijk drie bestuursleden overgebleven, daar
één lid om gezondheidsredenen bedankte
en een ander lid aftrad en niet herkies
baar was. De twee plaatsvervangende le
den zijn, ook met algemene stemmen,
gekozen uit de leden van het bestuur van
de boerenleenbank en er is geen enkele
wanklank bij gevallen.
Zag u ook nadelen?
We hebben goed begrepen, dat ook nade
len ons bedreigen en we hebben die te
vermijden nadelige gevolgen in genoemde
stukken ook zonder omwegen genoemd:
„alles wordt groter en daardoor minder
overzichtelijk; het contact met de leden
en cliënten wordt moeilijker en onper
soonlijker door een zekere verambtelij-
king van het bedrijf".
Onze remedie daartegen is vooral een zo
groot mogelijke zelfstandigheid van de
kas- en bijkantoren en het geven van
zoveel mogelijk eigen verantwoordelijk-
De heren J. Beun en J. B. Hendriks van
de Ftabobank-Apeldoorn
heid aan onze medewerk(st)ers. De be
heerders van de kantoren en onze andere
personeelsleden kennen hun cliënten en
deze hen!
De leden en de cliënten zullen deze nade
len nergens tegenkomen; zij zullen van de
fusie veelal voordeel hebben. Dat is onze
overtuiging.
Zijn er in de steeds nauwer wordende
contacten echte knelpunten naar voren
gekomen of wrijvingen geweest?
Nee. Zoals gezegd het was geven en ne
men. Soms de één meer geven, dan weer
de ander. We hebben de zaken steeds
uitgesproken en elkaar altijd gevonden.
Als beide kanten dit goed begrijpen en er
eerlijk naar handelen, kun je praktisch
geen moeilijkheden meer krijgen. We heb
ben steeds de dingen in het groot gezien.
Als je iets wilt bereiken, dan lukt het
ook!
Beide waren grote banken, maar de een
was groter dan de ander. Gaf dat moei
lijkheden?
Wij willen duidelijk stellen, dat van geen
van beide kanten, noch door de directie
noch door het bestuur, voorwaarden zijn
gesteld bij het voorbereiden van de fusie.
Zo was het ook op het punt van de grootte
van de partners afzonderlijk. Nooit is dat
punt ter sprake geweest. Gelukkig, want
als je dat doet, zit je al fout. We hebben
gewoon onderhandeld op basis van gelijk
heid. Het eigenaardige van die onderhan
delingen is, dat je er voortdurend mee
rekening moet houden, dat je beide na de
fusie er niet meer bent, maar bent opge
gaan in één nieuwe bank! Dan is voor
kortzichtigheid geen ruimte.
We hebben direct tussen twee vraagstuk
ken onderscheid gemaakt: de juridische
fusie en de economische fusie. Die juridi
sche fusie is een statische, formele aan
gelegenheid. De wet schrijft eenvoudig be
paalde maatregelen voor als twee rechts
personen een eenheid willen worden. On
ze bestuurscolleges hebben zich afge
vraagd welke bank is het goedkoopst om
in liquidatie te gaan, terwijl de andere
bank dan haar statuten aanpast. Die nieu
we statuten zijn, con amore, als voorstel
eerste contact geweest: alles samenvatten
tot een geheel.
De medewerk(st)ers zijn door circulai
res regelmatig op de hoogte gehouden en
eigenlijk van hoog tot laag bij de fusie
zelf ingeschakeld. Er zijn namelijk twaalf
werkgroepen uit de eigen medewerkers
gevormd, die opdracht kregen de fusie,
ider voor een bepaald gebied, voor te
bereiden. Iedere medewerk(st)er is uitge
nodigd zijn of haar ideeën en suggesties
kenbaar te maken.
Vermeldenswaard is, dat van enkele om
standigheden dankbaar gebruik gemaakt
is om al vóór de eigenlijke fusie een
zekere „vervlechting" tussen de beide ban
ken tot stand te brengen. In de Algemene
Vergadering van 1972 was één van de
leden van de Raad van Toezicht van de
raiffeisenbank aftredend en niet herkies
baar. Kandidaat is toen, met instemming
van de Centrale Bank, gesteld de heer P.
E. van Schaik, de voorzitter van de Raad
Kunt u in het kort aangeven wat uw
banken eigenlijk tot samenwerking bewo
gen heeft?
We hebben dat uitvoerig en naar wij
menen ook duidelijk en begrijpelijk in
bijlagen bij de oproep voor onze algemene
vergaderingen van 1972 uiteengezet.
De motieven zijn (in telegramstijl): één
Centrale Bank, - geen doublures in Apel
doorn, spaar- en kredietmarkt beter te
overzien, betere spreiding van kantoren,
betere benutting roerende en onroerende
goederen, minder kosten en investeringen,
beter tot hun recht komen van de capaci
teiten van de medewerkers, veel grotere
mogelijkheden om de administratie te au
tomatiseren. Kortom de kans om het coö
peratief bankbedrijf in Apeldoorn haar
taak naar de eisen van de tijd, zo mogelijk
nog beter, te laten vervullen dan reeds het
geval is.