Koerstabel 11 Va Gemiddelde looptijd per 1-8-1971 24/6 4/8 perp. 3 Ned. Grootboek 43,50 (7,02) 43,30 (7,05) 16 7'/2% Nederland 1969 101 (7,39) 100,40 (7,46) 131/a 7 Nederland 1966 II 97,30 (7,33) 95,45 (7,57) 3y4% Nederland 1950 l-ll 72,40 (6,94) 72,10 (7,04) 9,8 53/4% Nederland 1965 II 89,50 (7,42) 89 (7,53) 9,3 51/4% Nederland 1964 II 87,40 (7,32) 87,20 (7,39) 7,8 3 Nederland 1955 II 81,60 (6,80) 80,90 (7,05) 6,9 4%% Nederland 1959 84,90 (7,46) 84,40 (7,30) 5,4 3 Ned. Grootboek '46 obl. 85,50 (6,33) 86,90 (6,14) 2,7 31/2% Nederland 1951 93,80 (6,05) 92,90 (6,63) 1,7 41/2% Nederland 1964 97,50 (5,97) 97,90 (5,98) Vorig jaar is de eerste lening van deze instel ling op de beurs geïntroduceerd en de ver wachting bestaat dat in de toekomst steeds vaker obligatieleningen door deze instelling zullen worden uitgegeven. Qua zekerheid wordt de gegoedheid van de bank wel op een lijn gesteld met de Bank voor Nederlandsche Gemeenten. De grote zekerheid die deze instelling biedt heeft de plaatsing tegen voorwaarden die ge lijk zijn aan die van de Bank voor Nederland sche Gemeenten, tot een succes gemaakt. De belangstelling was vooral van binnenlandse zijde afkomstig. Bredero Vast Goed nv Een dag na de emissie van de Waterschaps- bank verscheen Bredero Vast Goed met een emissie op de markt. De lening groot 7,15 miljoen en met een looptijd tot 1982/1991 bood een rente van 8% procent bij een uit- giftekoers van 100 procent. Voor deze lening bestond een bijzonder grote belangstelling, zodat een belangrijke reductie moest worden toegepast. Het lage leningbedrag tegen een vrij aantrekkelijke rente werkt haast vanzelf het majoreren in de hand, waardoor het niet verwonderlijk was dat deze lening ver werd overtekend. De toegenomen buitenlandse be langstelling heeft hier zeker toe bijgedragen. nv Uitgeversmaatschappij Elsevier De obligatie-emissie van nv Uitgeversmaat schappij Elsevier werd eveneens een groot succes. Een duidelijk bewijs dat voor aantrek kelijke leningen voldoende vraag aanwezig is. 391

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1971 | | pagina 37