Kapitaalmarkt Ondanks het feit dat het bankwezen al maan den niet meer in overschrijding is, blijven de restricties voor de korte kredietverlening van kracht. Voor de maanden mei tot en met au gustus heeft De Nederlandsche Bank bepaald dat de uitbreiding van de korte kredietverle ning 1 procent mag bedragen van de gemid delde stand der toelaatbare kredietverlening in het laatste kwartaal van 1970. De norm voor de eerste acht maanden van 1971 komt uit op 5 procent tegenover 6 procent in de overeenkomstige periode van 1970. De positie van de obligatiemarkt is als ge volg van de moeilijkheden op de valutamark ten nogal onzeker. De zeer grote buitenland se vraag die in april de meeste emissies tot een succes maakte, is na 5 mei sterk afgeno men. Langzamerhand valt een herstel te con stateren, waarschijnlijk omdat gebleken is dat de valutakoersveranderingen veroorzaakt door de zwevende koers van de gulden bin nen nauwe grenzen blijven schommelen. Eén lening is het slachtoffer geworden van al deze ontwikkelingen. De emissie van de Coö peratieve Centrale Boerenleenbank is opge schort. Omdat de situatie op de kapitaalmarkt te onzeker was om op een goed onthaal te kunnen rekenen. De lening in kwestie was 50 miljoen groot, de rente bedroeg 7% procent en de looptijd 8 jaar. De uitgifte zou a pari geschieden. 294

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1971 | | pagina 76