in een bijzonder licht komen te staan. Nu de
beide centrale banken in het vooruitzicht heb
ben gesteld, dat zij zouden willen komen tot
één centrale landbouwkredietorganisatie die
nen de eisen van een rationeel en bedrijfs
economisch verantwoord vestigingsbeleid
ook in dit perspectief te worden bezien. Daar
mede is de grond komen te ontvallen aan de
beperking, welke de vestigingsregeling tot
dusverre inhield, namelijk dat zij slechts van
toepassing was op vestiging in plaatsen be
neden 30.000 inwoners. In de kringvergade
ringen hebben wij deze aangelegenheid uit
voerig besproken, evenals in de daarop ge
volgde centrale kringvergadering. Overigens
meen ik wel te mogen zeggen, dat in het al
gemeen gesproken de toepassing van de
vestigingsregeling bevredigend verloopt en
dat wij hiermede goede resultaten kunnen be
reiken voor de samenwerking tussen boeren
leenbanken en raiffeisenbanken op plaatselijk
niveau, die zeker ten goede komt aan de al
gehele sfeer voor de toekomstige fusie.
Land- en tuinbouw
Zoals ook reeds in het jaarverslag is ver
meld, verkeert een groot deel van de land- en
tuinbouw in een zorgelijke situatie. De nog
steeds stijgende kosten, vooral als gevolg
van de helaas in versneld tempo voortschrij
dende inflatie, waartegenover geen of nau
welijks een stijging van de prijzen voor de
agrarische produkten valt waar te nemen,
(voor een aantal produkten zijn de prijzen
zelfs aanzienlijk gedaald) hebben de rentabili
teit van een groot deel van de bedrijven ge
durende het laatste jaar sterk aangetast.
In de akkerbouw en veehouderij stonden
236
reeds enkele jaren tegenover de stijgende
kosten geen betere prijzen; deze waren im
mers bevroren door het EEG-beleid, de prij
zen van pluimveeprodukten waren matig tot
zeer slecht, de prijzen van varkensvlees zijn
drastisch gedaald, de glastuinbouw wordt
zwaar belast door de sterk gestegen stook-
olieprijzen en vele fruitteeltbedrijven zijn van
wege de zeer lage fruitprijzen gedwongen
het bedrijf te beëindigen of kampen met de
grootste inspanning om het bestaan te kun
nen voortzetten. Deze ongunstige ontwikke
ling gaat gepaard met een noodzakelijke
schaalvergroting en modernisering in de ge
hele land- en tuinbouw.
De resultaten van wetenschap en techniek
hebben een ware revolutie in de bedrijfs
voering teweeggebracht. Al deze ontwikke
lingen hebben hun weerslag op investeringen
en financieringen van bedrijven.
Zo valt het op, dat met betrekking tot de be
stemming van de voorschotten in de agrari
sche sector voor een groter aantal gevallen
dan voorheen een financiering wordt ge
vraagd voor aankoop en vooral voor vergro
ting van bedrijven. Voor de bedrijven kan zo'n
aankoop, ook wanneer het geen grote opper
vlakte betreft, een belangrijke investering be
tekenen en dat temeer wanneer tevens de
veestapel en de bedrijfsgebouwen bij de nieu
we situatie moeten worden aangepast. Voor
al overname van bedrijven of aanzienlijke be-
drijfsvergroting vragen grote investeringen
en leggen vaak een bijzonder groot beslag op
de financieringscapaciteit.
Mede daarom zou bij belangrijke bedrijfsver-
grotingen evenals bij bedrijfsovernemingen
een instituut als een 'Grondbank' naar mijn
overtuiging van groot belang kunnen zijn. Ik