ties, de KNBTB, de NCB, de LLTB, de ABTB,
de LTB en de CBTB, van de Nationale Coö
peratieve Raad, van het Landbouwschap en
de heer Van Leeuwe, directeur van nv In
terpolis, die niet alleen als gast, maar ook als
vertegenwoordiger van de aandeelhouders
van de LKE hier aanwezig is.
Ook mag ik nog in het bijzonder begroeten
professor Bosman, die ruim vijf jaren als we
tenschappelijk adviseur aan onze centrale
bank verbonden is geweest, doch op eigen
verzoek sedert 1 oktober 1970 daarvan ont
heven is. Professor Bosman, van harte wel
kom, wij waarderen het zeer dat u vandaag
opnieuw van uw belangstelling voor ons werk
doet blijken.
Tenslotte richt ik nog een woord van welkom
tot de oud-leden van de colleges van raad
van toezicht, bestuur en directie en oud-leden
van het personeel, tot de vertegenwoordigers
van de Vereniging van Directeuren van Boe
renleenbanken en tot de vertegenwoordigers
van de pers.
Met diep leedwezen moeten wij vaststellen,
dat één plaats vandaag aan deze bestuurs
tafel onbezet is.
Sinds onze vorige algemene vergadering is
plotseling overleden het lid van de raad van
beheer professor mr. F. Cerutti. Sedert 1961
maakte hij deel uit van de beheerscolleges
van onze centrale bank en sinds 1969 be
kleedde hij de functie van plaatsvervangend
president van de raad van beheer en van de
colleges van gedelegeerde commissarissen.
Ik breng u in herinnering, dat professor Cerutti
bij de totstandkoming van de gewijzigde be
stuursstructuur van onze centrale bank alsme
de bij de statutaire en reglementaire opzet
voor de organisatiestructuur in kringverga
deringen en centrale kringvergadering een
bijzonder grote bijdrage heeft geleverd.
Ook heeft professor Cerutti een groot aandeel
gehad in de voorbereiding van de herziening
van de model-statuten voor de plaatselijke
banken en in het streven naar samenwerking
met de Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank.
Met hem is een man van grote gaven heen
gegaan. Met grote dankbaarheid herdenken
wij deze markante figuur, die zoveel voor on
ze organisatie en voor de agrarische sector
in het algemeen heeft gedaan.
In een mensenleven wisselen tijden van droef
heid en vreugde elkaar af. Dat gebeurt ook
in het leven van een organisatie. Zo werd
op 1 februari jongstleden op feestelijke wij
ze aandacht geschonken aan het feit, dat
op die dag mr. Van Campen, 25 jaar als
directeur verbonden was aan onze centrale
bank. Bij die gelegenheid is hij door velen let
terlijk en figuurlijk in de bloemetjes gezet.
Een hoge koninklijke onderscheiding werd
hem bij die gelegenheid uitgereikt.
Ik wil niet nalaten om nog eens vanaf deze
plaats onze hartelijke dank uit te spreken
voor het vele werk dat u, mijnheer Van Cam
pen, voor onze gehele organisatie in die 25
jaar hebt gedaan en voor de voortreffelijke en
voortvarende leiding, die u aan tal van ont
wikkelingen hebt gegeven. Ik hoop, dat u in
de komende jaren in goede gezondheid uw
krachten zult blijven geven aan onze en aan
uw landbouwkredietinstelling.
Van deze gelegenheid wil ik ook gaarne ge
bruik maken om twee leden van de raad van
beheer en een lid van de raad van toezicht
233