Wij lazen
cent in de tuin werkt, 35 procent handwerkt
en 35 procent heihuis verfraait. Slechts 1
procent bleek de voorkeur te geven aan rus
ten en slapen. (Het Financieel Dagblad)
dat in het Nederlands paviljoen, dat op de
Parijse landbouwtentoonstelling werd inge
richt, een jaarlijkse herhaling, dit keer erw
tensoep verkrijgbaar was en/of een uitsmij
ter. Met deze puur Nederlandse gerechten
wilde men de Nederlandse expositie kenne
lijk een nog meer Hollands karakter geven.
(De Boerderij)
dat vrachtrijder Stewart Prosser uit Cardiff
(Wales) uit zijn wagen sprong toen hij zag
dat een bank werd overvallen. Hij worstelde
met twee gewapende rovers, ontnam de een
zijn vuurwapen en lichtte de andere overval
ler beentje. Toen hij bij zijn vervoermiddel te
rugkwam, zat er een bon op voor fout par
keren. De rechter kende de moedige chauf
feur vijftig pond toe 'uit de openbare midde
len' wegens buitengewone moed. De politie
verscheurde de bon, onder het mompelen
van tweeduizend excuses. De twee overval
lers kregen elk veertien jaar.
(Algemeen Dagblad)
in de mini-marketing-gids dat van de 100 per
sonen in hun vrije tijd onder andere 39 pro
dat de Nederlander een grote eter is. Na de
leren zijn het de Nederlanders, die de meeste
calorieën tot zich nemen. De leren, aldus blijkt
uit gegevens van de OESE-land (Organisatie
voor Economische Samenwerking en Ontwik
keling), werken dagelijks 3.450 calorieën naar
binnen en komen daarmee op de eerste
plaats.
De Nederlanders komen met 3.240 calorieën
per dag op de tweede plaats, althans volgens
de jongste gegevens, die betrekking hebben
op 1967/1968. (Eindhovens Dagblad)
dat hoewel het al een oude truc schijnt te
zijn, het wellicht dienstig is te wijzen op de
truc met de nieuwe rijksdaalder. Om verwis
seling met een gulden te voorkomen is het
gebruik ontstaan, de rijksdaalder te merken
met viltstift, of er een papiertje met het op
schrift 'rijksdaalder' op te plakken.
Wat doen nu sommige slimmerikken?
Zij merken een gulden op die manier als rijks
daalder - en er zijn er al verschillenden inge
tuind. Het is maar dat u het weet!
(De Telegraaf)
159