56 heeft thans in het bijzonder betrekking op monetaire storingen van tijdelijke aard als gevolg van de conjuncturele situatie. In de nieuwe wet zijn de regelingen op dit punt niet fundamenteel veranderd, hoewel de bepalin gen wel ruimer zijn geformuleerd, waardoor de mogelijkheden van De Nederlandsche Bank uiteraard ook ruimer zijn geworden. De minister meent, dat nationale en internatio nale ontwikkelingen bovendien de behoefte hebben doen ontstaan om ook meer struc turele instrumenten bij de hand te hebben. Zo stelt hij voor De Nederlandsche Bank de mogelijkheid te geven, de kredietinstellingen te verplichten een kasreserve in de vorm van een tegoed in rekening-courant bij de Bank aan te houden. Door de veranderingen in de betalingsge woonten, waarbij het girale geld relatief in betekenis toeneemt, vindt minder afvloeiing van bankbiljetten plaats wanneer een bank krediet verleent. Ook de liquiditeitsverkrap- pende werking waarmee deze afvloeiing ge paard gaat vermindert daardoor en, omdat de centrale bank de enige is die voor bankbil jetten kan zorgen, dus ook de invloed van deze instelling op de kredietverlening. Door nu via toepassing van een kasreserve liquidi teiten van de kredietinstellingen te binden, kan de centrale positie van De Nederlandsche Bank in het proces van de geldcreatie ge waarborgd worden. den en op de Collectieve Garantieregeling. De Conditieregeling heeft betrekking op de mogelijkheid, wanneer tussen De Nederland sche Bank, de representatieve organisaties en de geldbedrijven van de PTT overeenstem ming zou worden bereikt inzake de rentever goeding over aangetrokken tegoeden of an dere voorwaarden, bij Koninklijk Besluit alle betrokken instellingen te verplichten aan deze regeling mee te werken. Deze re geling wordt voorgesteld omdat de minister de indruk heeft dat de onderlinge concurren tieverhoudingen tot gevolg hebben gehad, dat de rentevergoedingen en overige condi ties voor de betaalrekeningen, bedrijfsecono misch niet geheel gerechtvaardigd zijn. Bij de Collectieve Garantieregeling wordt de mogelijkheid geopend om in het geval van déconfiture van een kredietinstelling de ver loren gegane tegoeden terug te betalen uit middelen die via een omslag over het bank wezen, de girodiensten en de Rijkspostspaar bank kunnen worden verkregen, uiteraard met inachtneming van een bepaald maximum bedrag. Het gaat hierbij in het bijzonder, om de girale loon- en salarisbetalingen aan par ticulieren tot een nog nader te bepalen maxi mum, bescherming te bieden. Nieuwe regelingen In het wetsontwerp worden bovendien nog enkele nieuwe regelingen voorgesteld. Met name kan hierbij worden gewezen op de Con ditieregeling voor direct opvraagbare tegoe- Het gebouw van De Nederlandsche Bank bij avond

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1971 | | pagina 18