bovendien heeft de staat op 15 december
de storting op de jongste staatslening ad
f 325 miljoen ontvangen. Hoewel het rijk aan
zienlijke betalingen heeft gedaan, onder an
dere f 150 miljoen voor aflossing schatkist
papier, 400 miljoen aan gemeenten, bleven
deze bedragen ruim beneden de ontvangs
ten.
De banken
Eind november en begin december ontstond
een grote vraag naar bankgelden, waardoor
de banken genoodzaakt waren in te teren op
hun saldo bij De Nederlandsche Bank. Zij
moesten tevens een bescheiden beroep doen
op de kredietfaciliteiten van deze instelling.
Het is vooral de ongelukkige combinatie van
omvangrijke belastingafdrachten en het St.
Nicolaasfeest waardoor de druk op de ban
ken groter was dan normaal. Na 5 december
stroomden tientallen miljoenen guldens, af
komstig van bedrijven en winkeliers, terug
naar de banken. De banken hadden aan de
teruggekeerde bankbiljetten echter niet ge
noeg om de nog steeds voortdurende belas
tingbetalingen aan het rijk te voldoen. Hier
door waren zij genoodzaakt wederom een
beroep te doen op hun tegoed bij De Neder
landsche Bank en tevens een klein bedrag
aan voorschotten op te nemen. De nog
steeds naar de banken terugvloeiende gel
den zullen waarschijnlijk spoedig de moge
lijkheid bieden, deze voorschotten gedeelte
lijk af te lossen en het tegoed bij De Neder
landsche Bank te versterken.
Daggeldrente
De daggeldrente heeft in de periode van
eind november tot half december sterke fluc
tuaties ondergaan. Het percentage dat in
november nog 2 bedroeg, liep in december
op tot 6% procent.
De toenemende krapte werd onder andere
veroorzaakt doordat de ontvangsten van het
rijk groter waren dan de betalingen, waar
door zij middelen aan de geldmarkt heeft ont
trokken.
De grote sprongen die de daggeldrente
maakt, zijn het gevolg van het feit dat we
met een kleine markt met veel eenrichtings
verkeer te maken hebben, waar een klein te
kort of overschot een grote invloed kan uit
oefenen.
Kapitaalmarkt
De steeds opduikende geruchten over een
op handen zijnde rentedaling hebben een
stimulerende werking uitgeoefend op de
handel in obligaties.
De belangstelling voor obligaties - zowel
van binnenlandse als van buitenlandse zijde
bestond een levendige vraag - was duide
lijk groter dan voor aandelen. Er bestond niet
alleen veel interesse in nieuw uit te geven
obligatieleningen, maar er was ook sprake
van een groeiende aandacht voor reeds ge
noteerde leningen met een rentepercentage
van minder dan 8. Wanneer de rente verder
omlaag glijdt, bestaat er een reële kans op
koersstijging van dit soort leningen. Aange
zien hogere rente-ontvangsten meetellen in
de inkomstenbelasting en koersstijgingen niet,
kan door middel van deze obligaties wellicht
32