Vestigingswet
MIDDEN- EN KLEINBEDRIJF
wordt gewijzigd
Noodzaak nieuwe regeling
De toegang tot een middenstandssector
wordt bemoeilijkt door hoge eisen aan vak
bekwaamheid en kredietwaardigheid, neer
gelegd in een vestigingsregeling. De detail
handel en consument worden op die manier
tot op zekere hoogte gevrijwaard voor beun
hazerij.
Ook in onze veranderende tijd blijft een ves
tigingsregeling noodzakelijk. De bestaande
regeling, die al van 1959 is, moet echter wor
den gewijzigd, omdat zij een belemmering
voor de detailhandel is geworden. Er is een
aanzwellende stroom van industriële massa-
produkten. Er zijn veranderingen die zich on
der invloed van de gestegen welvaart in de
omvang en de aard van de vraag van het pu
bliek voltrekken. Dat alles heeft belangrijke
consequenties voor de detailhandel. Ook de
voortdurende stijging van de exploitatiekos
ten en de technische en stedebouwkundige
ontwikkelingen zijn van invloed op de wijze
366
waarop de detailhandel zijn functie vervult.
Vooral door de kostenstijgingen - zowel loon
kosten als andere kosten - en door de toe
nemende concurrentie, wordt het met name
voor de detailhandel in de eerste levensbe
hoeften steeds moeilijker de winstmarges op
peil te houden. Aanvankelijk zocht men een
oplossing in de richting van kostenbespa
ring, speciaal arbeidskostenbesparing, door
over te gaan op zelfbediening. In een later
stadium was dat niet meer afdoende en men
is toen gaan denken aan overschrijding van
de grenzen van het traditionele assortiment.
En juist hierbij stootte men op de vestigings
wet, die bij een assortimentsuitbreiding met
bijvoorbeeld vlees, een speciaal vakdiploma
eist. In de praktijk komt dit neer op het aan
stellen van iemand, die een diploma bezit.
Voor een moderne ondernemer in het mid
den- en kleinbedrijf, die zijn functie in het
economisch proces goed wil vervullen, moet
er echter meer bewegingsvrijheid zijn. Ter il
lustratie kan men zich een wijkwinkel in le
vensmiddelen voorstellen. Dit soort zaken