en daar
op 8 en 9 juni jongstleden opnieuw over de
prijsvoorstellen van de Europese Commissie
gebogen. Deze voorstellen waren gericht op
produktievermindering van die produkten
waarvan een overschot bestaat. Voor de
graansector betekende dit een verlaging van
de tarweprijs en een geringe verhoging van
de voedergraanprijzen. De suikerproduktie
zou afgeremd dienen te worden door middel
van quotumverlagingen, terwijl een indirecte
prijsverlaging zou optreden door het op de
producenten afwentelen van de kosten van
het marktordenende beleid voor suiker. In de
zuivelsector stond de commissie een verla
ging van de boterprijs voor met als gedeel
telijke compensatie een verhoging van de in
terventieprijs van magere melkpoeder.
De raad kon zich echter niet met deze voor
stellen verenigen en heeft alle EEG-land-
bouwprijzen voor het prijsjaar 1970/1971 on
gewijzigd vastgesteld. De Europese Commis
sie heeft toegezegd half oktober aanstaande
met nieuwe prijsvoorstellen te komen voor
het jaar 1971/1972. Tevens zal zij dan voor
stellen doen met betrekking tot het in de
gemeenschap op langere termijn te voeren
structuurbeleid. De Nederlandse minister van
Landbouw en Visserij heeft daarbij geëist,
dat in deze voorstellen ook aandacht wordt
besteed aan het steunbeleid, zoals dat in de
verschillende lidstaten nog steeds wordt toe
gepast.
Ombouw op aardgas
Bij de omschakeling van verwarmingsinstal
laties op aardgas is het mogelijk een bijdrage
te ontvangen van 3.000 per glastuinbouw
bedrijf van de Stichting Ontwikkelings- en Sa
neringsfonds voor de Landbouw. Om voor de
ze bijdrage in aanmerking te komen moet de
ondernemer zijn hoofdberoep in de tuinbouw
hebben, terwijl nog aan de volgende voor
waarden moet zijn voldaan:
- De aanwezige verwarmingsinstallatie moet
nog niet voor aardgas zijn ingericht.
- Het bedrijf moet perspectief hebben.
- Het bedrijf moet vallen onder een collectief
aansluitingsplan van een gasdistributiebe-
drijf.
- Aansluiting op het distributienet moet voor
1 januari 1973 tot stand zijn gekomen.
- Het betrokken gasdistributiebedrijf moet
hebben verklaard, het aardgasverbruik van
het bedrijf op tenminste 130.000 m3 per
jaar te schatten.
317