markt Zowel het rijk als de banken hebben in de afgelopen meimaand uiterst krap in de mid delen gezeten. Voor beide partijen dienden zich telkens weer verkrappende factoren aan, waardoor opkomende verruimende tenden sen meteen de kop in werden gedrukt. De weekcijfers van de Nederlandsche Bank per 27 april wettigden overigens alle hoop op een ruime geldmarkt in mei. De banken had den toen een saldo bij de Nederlandsche Bank van 47 miljoen gulden waarnaast slechts 38 miljoen gulden aan voorschotten waren opge nomen. De banken stonden dus netto voor 9 miljoen gulden in het credit. Een situatie die sinds januari niet meer voorgekomen was. De schatkist was op dat moment slechts ge vuld met 35 miljoen gulden, waarnaast zij wel voor 310 miljoen gulden schatkistpapier bij de Nederlandsche Bank had ondergebracht, een en ander in het kader van het seizoenarrange ment tussen de staat en de Nederlandsche Bank. Gezien de komende belastingbetalin gen werd deze situatie voor het rijk echter niet zo somber ingezien. Tengevolge van de forse bankbiljettenuitzet- ting met niet minder dan 500 miljoen gulden en de belastingbetalingen, sloeg de situatie voor de banken snel weer geheel om. Vol gens de weekstaat per 4 mei stonden de ban ken voor 708 miljoen gulden bij de Nederland sche Bank in het krijt, waarnaast een werk- saldo bestond van slechts 40 miljoen gulden. Doordat in de erop volgende dagen weer gro te belastingbetalingen werden gedaan en er maar betrekkelijk weinig bankpapier uit de circulatie terugkwam, veranderde er niets aan de gespannen situatie voor de banken. Tot overmaat van ramp maakte de Nederland sche Bank bekend dat voor de periode van 15 mei tot 15 juni opnieuw een strafdeposito zou moeten worden aangehouden. De handels banken en landbouwkredietbanken hadden ul timo maart van dit jaar de in de kredietrestric- tieregeling vastgelegde norm van de toelaatba re kredietuitzettingen overschreden. Gezamen lijk zouden zij voor 130 miljoen gulden gemid deld per dag over de periode van 15 mei tot 15 juni renteloos bij de Nederlandsche Bank moe ten aanhouden. Na een viertal maanden van opeenvolgende strafdeposito's en daarna vier maanden rust, werd met het aanhouden van deze gelden weer een aanvang genomen. De banken moesten vanaf 15 september achter eenvolgens 144, 225, 282 en 107 miljoen gulden renteloos bij de Nederlandsche Bank aanhou den. Van 15 januari tot en met 15 mei werd de norm - althans door de gezamenlijke ban ken - niet overschreden. 278

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1970 | | pagina 56