Algemene vergadc
In een zaal waarin ongeveer 2.500 afgevaar
digden van de aangesloten boerenleenbanken
bijeengestroomd waren, opende de voorzitter
van de raad van toezicht van de centrale bank,
de heer Mertens, om ongeveer tien voor elf
de algemene vergadering 1970. In het bijzon
der verwelkomde hij de voor het eerst aanwe
zige vertegenwoordigers van de twee, sinds
de laatste vergadering opgerichte banken: de
boerenleenbanken Groningen en Zeist. Even
eens heette hij welkom de oud-leden van de
colleges van de raad van toezicht, bestuur en
directie, oud-leden van het personeel, verte
genwoordigers van de Vereniging van Direc
teurenvan Boerenleenbanken, alsmede de ver
tegenwoordigers van de standsorganisaties. In
het kort herdacht de heer Mertens het overlij
den van de heer Biemond, lid van de raad van
toezicht van de centrale bank.
De drie onlangs koninklijk onderscheiden le
den van de raad van toezicht van de centrale
bank, de heren Oomen, Biemans en Brouwer,
werden nog eens door de heer Mertens gefe
liciteerd. Ook de beheerders, kassiers en di
recteuren van de aangesloten banken, die ter
gelegenheid van de verjaardag van de konin
gin een koninklijke onderscheiding hadden
ontvangen, wenste hij van harte geluk.
Zelfwerkzaamheid
In zijn openingsrede toonde de heer Mertens
zich bijzonder gelukkig met het nieuwe insti
tuut van de kringvergaderingen. 'Een organi
satie als de onze kan slechts vruchtbaar wer
ken, als zij gedragen wordt door de zelfwerk
zaamheid van de plaatselijke banken, hun be
heerders, directeuren en personeel'. Het was
duidelijk gebleken, dat de bijeenkomsten van
de centrale kringvergadering een nuttige func
tie vervullen in het geheel en dat de daarin ge
maakte opmerkingen op diverse punten heb
ben geleid tot initiatieven of wijzigingen in be
staande voornemens bij de centrale bank. In
de openingsrede - die elders in dit nummer
is opgenomen - werd onder meer aandacht
besteed aan de te aanvaarden vestigingsre
geling die een samenwerking beoogt op het
gebied van de vestigingen van plaatselijke
banken tussen de Coöperatieve Centrale Raif-
feisen-Bank en de Coöperatieve Centrale Boe
renleenbank. Verder passeerden onderwer
pen zoals de Grondbank, de situatie in de fruit
teelt en de landbouwfinanciering de revue.
Na het vaststellen van de notulen van de al
gemene vergaderingen van 1969, werden twee
secretarissen en acht stemopnemers aange
wezen. Vervolgens gaf de algemeen directeur,
226