Dankzij diverse betalingen uit de schatkist en een vertraagde uitzetting van de bankbiljetten- circulatie, hield de geldmarkt zich stabieler dan aanvankelijk werd gedacht. Kapitaalmarkt Medio maart kondigde de Bank voor Neder- landsche Gemeenten haar eerste emissie van 1970 aan. Het zou een dubbele uitgifte zijn; een 25-jarige en een 8-jarige lening. De lang lopende lening was gesteld op een rente van 8'/2 procent bij een koers van 100 procent. Het bedrag van deze lening zou pas na sluiting van de inschrijving door de BNG worden vastge steld. Het bedrag van de kortlopende 8%-pro- centslening werd echter te voren bepaald op 50 miljoen gulden. Als datum van inschrijving werd 2 april bepaald en als stortingsdatum 11 mei. Algemeen werd verwacht dat beide leningen goed ontvangen zouden worden. Het in de laatste dagen van maart bij de meeste Ameri kaanse banken verlagen van de zogenaamde prime-rate met een half procent tot 8 procent droeg hiertoe zeker bij. De prime-rate is het tarief waartegen door Amerikaanse ban ken krediet wordt verstrekt aan eersterangs geklasseerde bedrijven. Hierdoor zakte het gehele renteniveau zowel op de geld- als de kapitaalmarkt meteen merkbaar in. De uitgif tecondities van de BNG-leningen waren hier door zeer ruim komen te liggen, waarvan met een werd geprofiteerd. Door de Algemene Bank Nederland werd op 11 maart de inschrijving opengesteld op 75 miljoen gulden 8% procent obligaties tegen de koers van 100 procent. De looptijd van deze lening was bepaald op 6 jaar, waarbij de aflos sing zou geschieden in twee gelijke termijnen op 1 april 1975 en 1976. Het motief voor deze uitgifte was voor de ABN de enorme groei van de middellange kredietverlening, waartegen over onvoldoende echte spaarmiddelen voor handen zijn. Een euvel waar niet alleen de ABN mee te kampen heeft. Op 20 maart stond de inschrijving open op 8 miljoen gulden 9 procent 30-jarige obligaties a pari ten laste van de Congregatie van de Broeders van Barmhartigheid van St. Joannes de Deo te Helvoirt. Het was de tweede 9-pro- centslening die het daglicht zag en zij werd - evenals de vorige - gunstig onthaald. Op de inschrijvingen moest enige reductie worden toegepast. De emittent was geen onbekende op de beurs. Volgens het emissieprospectus zijn van deze congregatie al zeven leningen op de beurs, in rente variërend van 41/2 tot 8% procent. In ver band met de nieuwbouw en uitbreiding van haar zieken- en verpleeghuizen zijn voor de periode 1970 tot 1975 nog voor ruim 41 mil joen gulden aan investeringen begroot. Deze zouden door middel van diverse nieuwe obli gatieleningen gefinancierd moeten worden. 172

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1970 | | pagina 38