Sint Michaël, de stadspatroon. Dat ook de
Zwollenaren in die tijd wel eens met harde
hand op moesten komen voor hun stad, ge
tuigt de zogenaamde meezenkouw op de Sas-
senpoort, een uitbouw van waaruit men koken
de olie op de vijand kon gieten. De Sassen-
poort is van 1894 tot 1898 gerestaureerd en
herbergt nu het Rijksarchief van Overijssel.
Zwolle bleef geen 'ronde' vestingstad. Aan
het begin van de zeventiende eeuw voorzag
Maurits de stad van moderne verdedigings
werken. Buiten de stadsmuren werd een ster
vormige vestingmuur gebouwd met daarach
ter een brede vaart. Die stervorm kenmerkt
Zwolle nu nog.
Wat is er aan gebouwen bewaard gebleven?
De Grote of Sint Michaëlskerk aan de Grote
Markt. Een monumentale kerk zonder toren.
De in 1669 voor de derde keer door de bliksem
getroffen toren is sinds dat jaar niet meer op
gebouwd. Het door de beroemde orgelbou
wers Johan George en Frans Casper Schnit-
ger vervaardigde kerkorgel, geniet wereld
faam; het bevat ruim vier duizend pijpen.
In een tegen de kerk aangebouwd historisch
pand huist de Zwolse VVV. Het gebouw,
Hoofdwacht genaamd, is de voormalige stads
waag. Op het bordes plachten de stadsbe
stuurders toe te zien bij het - met het zwaard -
voltrekken van vonnissen. De spreuk in de
voorgevel: 'Vigilate et orate' (Wraak en bidt)
zou de terechtgestelden tot troost moeten zijn
geweest. Zij waren voordat ze deze woorden
zagen, door een nauwe steeg naast de kerk
aan komen lopen; de Korteademhalingsteeg.
Het vonnis voor de terdoodveroordeelden
werd door de heren schepenen gesproken in