DE LIEFDE' ONDER DE HAMER lijke route om Noord-Engeland heen. Ter hoog te van de Schotse kust stak een storm op. Het zicht liep terug tot honderd meter en bij Out Skerries, een van de meest oostelijke Shetland-eilanden, liep de schuit op de rotsen, sloeg lek en zonk. Slechts één lid van de be manning bracht het er levend af. Toen het schip vastliep, verkeerde hij in de gelukkige omstandigheid op de uitkijk te zitten in het kraaiennest boven in de hoofdmast. Eerste poging mislukt De waarde van de lading die De Liefde ver scheepte, is nooit bekend geworden. Uit ar chieven van de VOC weten we dat het schip onder meer een grote hoeveelheid geld mee voerde om, zoals in die tijd gebruikelijk was, inkopen in Oost-Azië te financieren. Het totale bedrag kan geschat worden op wellicht 700.000, een voor die tijd ongekend grote hoeveelheid geld. De directie van de VOC, de Heren XVII, stuur de twee kleine schepen, de Arent en de Otter, naar de plek des onheils om de situatie ter plaatse te onderzoeken en indien mogelijk het schip te bergen. Het resultaat was nihil. De tegenslag werd compleet toen de twee schepen tijdens de terugreis overvallen wer den dooreen Duinkerks kaperschip. Alles van enige waarde aan boord van de Otter moest worden overgeladen op de Arent en dit schip werd meegenomen, nadat de bemanning ge dwongen was over te stappen op de Otter. Geslaagde poging Heel lang is De Liefde toen in het vergeetboek geraakt. De schaarse pogingen om door te dringen tot de schatten in de ruimen van het schip, liepen op niets uit. In 1965 echter besloot een Engelse bergings maatschappij het wrak op te sporen en zo mogelijk de overblijfselen van De Liefde te bergen. De bergingsploegen stonden onder leiding van de Londense duiker John Bannon, die in totaal vijf expedities naar Out Skerries zond. De wateren rond de Shetland-eilanden staan bekend om hun helderheid, dus gunstig voor het duiken, maar ze zijn ontzettend koud. De lage temperatuur van het water was hinderlijk voor de kikvorsmannen, die daardoor niet lan ger dan drie kwartier onder water konden blijven. Bovendien werd het werk bemoeilijkt door reusachtige keien op de zeebodem. Zo nu en dan moesten de duikers van explosieven gebruik maken om de rotsen te verwijderen. 51

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1970 | | pagina 5