werd de geldmarkt op korte termijn opnieuw krap. In vergelijking met de stand ultimo 1968 is de bankbiljettenomloop per eind 1969 opnieuw met enkele honderden miljoenen guldens ge stegen. Deze beliep aan het eind van 1968 8.800 miljoen gulden; aan het eind van dit jaar waren voor in totaal 9.399 miljoen gulden aan bankbiljetten in omloop. Door de girale salarisbetaling, die een steeds grotere vlucht neemt, blijkt de bankpapierom loop toch nog niet drastisch genoeg in te krim pen, al kunnen wij, in vergelijking met voor gaande jaren, reeds een sterke invloed op de bankpapieromloop constateren. De voor ons land niet onbekende loon- en prijsstijgingen, werken hierop tegengesteld. Goudvoorraad In de goudvoorraad is gedurende het afgelo pen jaar weinig veranderd. Gestart met 6.115 miljoen gulden aan het begin van 1969 werd het jaar afgesloten met een goudvoorraad van 6.197 miljoen gulden. In de deviezenvoorraad echter ontstonden gedurende het jaar zeer grote fluctuaties, die verband hielden met bo venvermelde revaluatie-speculaties. Per saldo steeg de deviezenvoorraad met circa 360 miljoen gulden, waardoor de totale post goud en deviezen eind 1969 steeg van 7.160 mil joen gulden per ultimo 1968, tot 7.523 miljoen gulden. De banken hebben het in het afgelopen jaar in het algemeen zwaar te verduren gehad. Vol gens de weekcijfers van de Nederlandsche Bank hebben de banken een slechts zeer ge ring saldo bij de Nederlandsche Bank kunnen aanhouden. Daartegenover moesten zij voort durend voor forse bedragen aan voorschotten opnemen om de voorkomende betalingsver plichtingen te kunnen inlossen. Deze debet standen kwamen zelfs enkele keren boven de 1 miljard gulden. Pas de laatste maanden konden wij constate ren dat de door de banken bij de Nederland sche Bank aangehouden saldi hoger uitkwa men, dit echter naast hoge debetstanden. Met ingang van 15 september moesten namelijk di verse banken bij de Nederlandsche Bank ren teloze deposito's aanhouden in verband met de overschrijding van de norm van de toelaat bare kredietexpansie. Deze norm werd ultimo juli overschreden. Hiertoe moesten de desbe treffende bankinstellingen van 15 september tot 15 oktober een bedrag van 144 miljoen gulden gemiddeld per dag renteloos bij de Nederlandsche Bank aanhouden. In de daarop volgende perioden beliepen deze strafdepo- sito's respectievelijk 255, 282 en 107 miljoen gulden. Ten koste van hoge debetstanden bij de Nederlandsche Bank, waren de banken zo doende gedwongen tegen een hoog renteta rief hoge saldi bij haar aan te houden. Schatkist Ook met de schatkist ging het niet zo roos kleurig in het afgelopen jaar. Zelfs met de hulp van de Nederlandsche Bank kon het rijk vaak maar amper rondkomen. Evenals in 1968 had de Bank met het rijk voor 1969 een seizoenar rangement gesloten. De Bank verklaarde zich daarbij bereid, gedurende de periode van 17 april tot 1 oktober schatkistpromessen recht streeks van de Agent van het ministerie van Financiën af te nemen tot een bedrag dat op enig moment de 500 miljoen gulden niet zou overtreffen. Van deze faciliteit moest de staat bijna steeds volledig gebruik maken. In de 43

Rabobank Bronnenarchief

blad 'de boerenleenbank' (CCB) | 1970 | | pagina 45