bank immers had zich in de IMF-overeenkomst
verplicht om de Duitse mark te steunen en de
koers hiervan niet lager te laten komen dan het
laagste vooraf bepaalde interventiepunt.
Kapitaal op de vlucht
Meteen na de verkiezingsuitslag werd op 29
september besloten de aan de dollar gekop
pelde koers los te laten. Dit geschiedde met
instemming van het IMF. Vanaf die dag werd
de wisselkoers van de mark 'zwevend', en
daardoor geheel en al bepaald door de wetten
van vraag en aanbod. De koers steeg in enkele
dagen met circa zeven procent, hetgeen on
geveer gelijk was aan het verwachte revalua
tiepercentage. Voor het internationale vlucht-
kapitaal was er toen weinig reden meer nog
langer in West-Duitsland te verblijven; de re
valuatiewinst kon geïncasseerd en de 'vlucht'
naar een ander land ondernomen worden.
Ons land behoorde tot de landen waartoe dat
vluchtkapitaal zijn toevlucht nam. De kans
werd - vooral van buitenlandse zijde - groot
geacht dat, als voor de Duitse mark een rela
tief hoog revaluatiepercentage zou worden
vastgesteld, de gulden enigermate zou mee
revalueren. Het was thans de beurt aan de
Nederlandsche Bank, die voor enorme be
dragen aan dollars kreeg aangeboden en -
volgens het hierboven uiteengezette - ge
dwongen was deze dollars af te nemen tegen
de lage interventiekoers.
In de periode van 30 september tot 27 oktober
nam de deviezenvoorraad zodoende toe met
een tegenwaarde van ongeveer 2 miljard gul
den aan dollars, terwijl er per 28 oktober nog
eens voor circa 880 miljoen aan dollars bij
kwam. Daardoor was de totale goud- en de
viezenvoorraad per 27 oktober gekomen op
een recordpeil van 8.711 miljoen gulden. Al
dit geld zocht belegging op de geldmarkt,
waardoor een ongekende ruimte ontstond. Het
spreekt vanzelf dat geldonttrekkingen uit hoof
de van belastingbetalingen, bankbiljettenuit-
zettingen en dergelijke geen verandering in de
ruime situatie konden brengen. Zelfs de rente
loze strafdeposito's niet. Deze strafdeposito's
waren voor de periode van 15 oktober tot 15
november door de Nederlandsche Bank be
paald op 255 miljoen gulden gemiddeld per
dag. Per ultimo augustus van dit jaar was de
kredietverlening van de banken te zamen de
vastgelegde norm namelijk zódanig te boven
gegaan dat deze 'straf onvermijdelijk was. Na
een paar dagen was dit deposito echter al ge
heel volgemaakt.
Intussen was de officiële daggeldrente inge
zakt tot 11/2 procent, een niveau dat sinds een
vol jaar niet meer was voorgekomen. In feite
werd veelal tegen nog lagere tarieven gehan
deld. Uit de laatste weekstaten van oktober
blijkt voorts dat de banken, na het volledig
inlossen van hun verplichtingen inzake de
strafdeposito's, nog zoveel geld over hadden
dat zij bij de Nederlandsche Bank vele miljoe
nen renteloos moesten laten overnachten.
In de laatste week van oktober werd nog voor
aanzienlijke bedragen aan vijfjarige schatkist
biljetten afgenomen van de Agent van het mi
nisterie van Financiën; een mogelijkheid om
een deel van de overtollige gelden te beleg
gen. Op 27 oktober vond de Agent het blijk
baar gewenst de rentetarieven te verlagen. De
driejaarsbiljetten werden verkrijgbaar gesteld
op 6% procent (was 6% procent) en de vijf
jaarsbiljetten op 7 procent (was 7'/8 procent).
Voorts stelde hij vanaf hetzelfde tijdstip over
590