NIEUWS
drijfshoofden welke momenteel al plaatsvindt,
zal zich in ons land waarschijnlijk op dezelfde
manier voortzetten, aangezien de voorzienin
gen die wij al kennen redelijk overeenstemmen
met de voorzieningen die de Commissie nu
voorstelt.
Of het evenwicht tussen vraag en aanbod door
de uitvoering van het Plan 1980 hersteld zal
worden, betwijfelde de minister. Hij verwees
naar gebieden in Nederland waar halvering
van de beroepsbevolking een verdubbeling
van de produktie tot gevolg heeft gehad. De
overschotten zoals die momenteel bestaan,
met name in de zuivelsector, zijn volgens de
bewindsman niet allereerst een gevolg van
het gevoerde beleid, maar zij zijn vooral ont
staan door de stormachtige technische ont
wikkeling. Wel meende de minister dat men
het garantieprijssysteem te ver heeft doorge
voerd; men mag op de markt voor landbouw-
produkten het prijsmechanisme niet uitschake
len.
Ook het uit de produktie nemen van land
bouwgrond sorteert geen effect wanneer het
om afzonderlijke boerderijen gaat, maar al
leen wanneer het in bepaalde gebieden op
grotere schaal gebeurt. De moeilijkheid is dan
de bestemming van deze gronden; het aanleg
gen van bijvoorbeeld recreatiegebieden is een
bijzonder kostbare zaak.
De minister van Financiën heeft al gezegd dat
hij het plan van de Europese Commissie te
duur vindt. Minister Lardinois lichtte dat toe
met de cijfers van de meerjarenplanning van
de staatsuitgaven: het plan van de Commissie
zou de uitgaven van het Landbouw-Egalisatie-
fonds jaarlijks met rond anderhalf miljard gul
den doen stijgen; dit betekent dat de in de
komende jaren te verwachten ruimte in de be
groting, geheel zal worden gebruikt voor de
financiering van het Plan Mansholt, zodat er
niets voor andere agrarische beleidsgebieden
overblijft.
Landbouwschap
Het bestuur van het Landbouwschap heeft
eind juni zijn standpunt bepaald inzake het
Plan Mansholt. Het landbouwschap is met dr.
Mansholt van mening dat in de nabije toekomst
de nadruk gelegd moet worden op een EEG-
structuurbeleid, dat gericht is op vermindering
van de agrarische beroepsbevolking, toene
ming van de gemiddelde bedrijfsgrootte en
verbetering van het marktevenwicht. Hierbij
heeft het schap verschillende kanttekeningen
geplaatst.
De mogelijkheden om tot vermindering van
agrarische beroepsbevolking te komen, zul
len vooral afhankelijk zijn van ontwikkelingen
buiten de landbouw. Voor een sociaal verant
woorde afvloeiing moet het werkterrein van
het Europees Sociaal Fonds uitgebreid wor-
469