beide instellingen een team gevormd van vijf
tien personen, bestaande uit bodemkundigen,
hydrologen, landbouweconomen, coöperatie-
en kredietdeskundigen, sociologen en een
ontwikkel ingseconoom.
Het landbouwkrediet in Laos
Het bankwezen in Laos dateert van omstreeks
1953. Er bestaan nu zes handelsbanken, die
alle hun zetel hebben in de hoofdstad Vien-
tiane. Twee ervan beschikken over enkele
bijkantoren of agentschappen buiten de hoofd
stad. Op de grootste bank die wij bezochten
werken naar schatting circa vijftig personen.
De administratie gebeurt geheel in hand
schrift. Schrijfmachines hebben wij er weinig
gezien, evenzo telefoontoestellen. Men rekent
op telraampjes, maar razend vlug. Aan een
bureau, bijna verscholen achter stapels bank
biljetten, zat de kassier ijverig te tellen en te
nieten. De grootste coupures van bankbiljet
ten in Laos zijn 1000 Kip, overeenkomend met
7,20 gulden in Nederlands geld. Ten behoeve
van grotere betalingen worden de coupures
van 1000 Kip per 10 stuks aan elkaar gehecht.
Munten zijn er niet in omloop.
De enige bank die zich met de kredietvoorzie
ning in de landbouw bezighoudt, is de Ont
wikkelingsbank in Laos, een staatsinstelling.
Deze bank is bij de wet gemachtigd om naast
kredieten aan de industrie, de handel en het
ambacht, ook kredieten aan de landbouw te
verstrekken. Zij werd opgericht in 1967 en
bezit een kapitaal van 360 miljoen Kip, over
eenkomend met ruim 2,5 miljoen gulden,
waarvan 75 procent werd verstrekt door de
Staat en 25 procent door de Nationale Bank.
Het balanstotaal van deze bank is 585 mil
joen Kip. In Nederlands geld zou dat iets meer
dan vier miljoen gulden zijn, overeenkomend
met het balanstotaal van een kleine boeren
leenbank. De kredietverlening aan de land
bouw door deze bank is, mede ook door ge
brek aan middelen, van geen betekenis. Ove
rigens viel het ons op dat op deze bank een
uitgebreide staf van personeel werkt, waar
onder zelfs vier directeuren. Wij werden bij
de directie gebracht door een beeldschone se
cretaresse. In de dorpen is er nog maar weinig
geldverkeer. De kredietvoorziening berust er
in handen van Chinezen of van rijkere boeren;
rente 12 procent per maand of meer. Deze
kredieten zijn meestal bestemd voor consump
tieve doeleinden. Veelal vindt de aflossing
plaats door levering van rijst.
Ontwikkelingshulp, een moeilijke zaak
Een zaak hebben wij in Laos heel duidelijk er
varen. En wel dat het bieden van ontwikke
lingshulp een uiterst moeilijk probleem is. Bij
het verlenen van deze hulp dient men zijn
'westerse bril' af te zetten en zich geheel te
verplaatsen in de omstandigheden en moge
lijkheden van het ontwikkelingsland en in de
mentaliteit van de bevolking. Ook heeft men
in deze landen, mede op grond van godsdiens
tige overwegingen, dikwijls heel andere op
vattingen over materiële welvaart dan wij.
Zo heeft het Boedhisme een sterk berusten
de en beschouwende inslag, die weinig tot het
streven naar verbetering van de materiële
welstand stimuleert.
Ontwikkelingshulp heeft weinig effect als zij
niet direct of indirect tot een blijvende ver-
387